Rijkswegennet 1816
HISTORIE VAN DE NEDERLANDSE WEGEN |
Tijdsbeelden |
Tot 1800 | 19e eeuw | 1900-1950 | 1950-1970 | 1970-2000 | na 2000 |
Thema-artikelen |
Voor 1800: Romeinse weg | Hanzeweg | Hessenweg |
19e eeuw: Rijkswegennet 1816 | Rijkswegennet 1821 |
1900-1950: Wegenvraagstuk | Eerste autosnelwegen | Tweede Wereldoorlog |
1950-1970: Verklaring van Genève | Rijkswegenfonds | Deltawerken |
1970-2000: Amelisweerd | Verkeerssignalering | Routenummers 1976 |
na 2000: Luchtkwaliteit | Spoedwet wegverbreding | Stikstofcrisis |
Lijst van openingen Nederlandse rijkswegen |
Netwerk van wegen in beheer bij het Verenigd Koningkrijk der Nederlanden tussen 1813 en 1839.
Context
Zie voor het bredere tijdsbeeld: Nederlandse wegen in de 19e eeuw.
In 1813 trad Napoleon af, waardoor het Franse keizerrijk uiteenviel. Nederland, België en Luxemburg zouden voor enige tijd gezamenlijk het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden vormen.
Het plan voor de Rijkswegen, dat nog in de Franse tijd was opgesteld, werd overgenomen en aangevuld. In 1814 werd door Koning Willem I een nationaal netwerk van "groote wegen" gepresenteerd dat in grote lijnen overeenkwam met het Franse rijkswegennetwerk.
Grondslagen
De rijkswegen voor het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden werden in 1816 vastgesteld bij Koninklijk Besluit.[1]
Er waren 20 rijkswegen geduid, aangevuld met zijtakken (of embranchementen). De oneven nummers liepen van noord naar zuid; de even nummers van oost naar west. Uitzondering was weg 1, die niet alleen langs de westkust noord-zuid liep, maar werd vervolgd door de noordelijke provincies tot aan Leer. De minister constateerde in de toelichting:[2]
- De oneven nummers vormen de communicatie tussen de provincies van het noorden en het zuiden; en verder: tussen hen en Frankrijk.
- De even nummers vormen de achterlandverbindingen van de zeehavens naar Duitsland, evenals de steden van Frankrijk die aan de zuidgrens zijn gelegen.
- De wegen vertakken zich, om zich zo uit te strekken over de belangrijkste communicaties.
- Naar enerzijds de grens met Duitsland en anderzijds de grens met Frankrijk moet eenvoudige communicatie gebord zijn: in het belang van de handel in tijden van vrede, en in het belang van militaire operaties in oorlogstijd.
- Alle routes bestaan, in de richting die hun in het project is toegekend, maar meerdere wegen hebben onverharde stukken van zelfs 40 tot 60 kilometer lengte (10 tot 15 lieus).
Lijst van wegen
Nummer | Weg | Zijtakken |
---|---|---|
1 | Van Leer naar Duinkerke (Maritieme weg) over Groningen, Leeuwarden, Franeker, Harlingen, Den Helder, Alkmaar, Haarlem, 's Gravenhage, Delft, Maassluis, Brielle, Hellevoetsluis, Zierikzee, Veere, Middelburg, Vlissingen, Breskens, Sluis, Brugge, Gistel, Nieuwpoort en Veurne |
|
2 | Van Kampen naar Osnabrück over Zwolle, Almelo en Oldenzaal | Van Almelo over Enschede naar Münster |
3 | Van Zierikzee naar Rocroi over Goes, Terneuzen, Axel, Hulst, Sint Niklaas, Dendermonde, Brussel, Genappe, Charleroi, Philippeville, Marienbourg en Couvin |
|
4 | Van Haarlem naar Emmerich over Amsterdam, Naarden, Amersfoort, Arnhem en Zevenaar | |
5 | Van 's Gravenhage naar Givet over Delft, Rotterdam, Willemstad, Steenbergen, Bergen op Zoom, Antwerpen, Mechelen, Leuven, Namur en Bouvignes |
|
6 | Van Leiden naar Münster over Utrecht, Wageningen, Arnhem, Doesburg en Bredevoort | Van Wageningen over Nijmegen naar Kleve |
7 | Van Rotterdam naar Malmédy over Dordrecht, Breda, Turnhout, Diest, Sint Truiden, Liège | Van Diest over Tienen, Jodoigne, Gembloux, Fleurus naar Charleroi |
8 | Van Brielle naar Lingen over Maassluis, Rotterdam, Gouda, Utrecht, Amersfoort, Deventer, Delden en Oldenzaal | |
9 | Van Delfzijl naar Maubeuge over Groningen, Heerenveen, Lemmer, Enkhuizen, Hoorn, Edam, Amsterdam, Utrecht, Gorinchem, Breda, Antwerpen, Mechelen, Brussel, Halle, Soignies en Mons |
|
10 | Van Middelburg naar Kleve over Goes, Tholen, Bergen op Zoom, Breda, 's Hertogenbosch en Grave | van Grave naar Nijmegen |
11 | Van Utrecht naar Thionville over Zaltbommel, 's Hertogenbosch, Eindhoven, Valkenswaard, Hasselt, Tongeren, Liège, Theux, Spa, Stavelot, Vielsalm, Diekirch en Luxembourg |
|
12 | Van Oostende naar Trier over Brugge, Gent, Aalst, Brussel, Wavre, Gembloux, Namur, Marche, Bastogne en Diekirch |
|
13 | Van de Wadden naar Sédan over Zoutkamp, Groningen, Assen, Meppel, Zwolle, Deventer, Zutphen, Arnhem, Nijmegen, Gennep, Venlo, Maaseik, Stokkem, Maastricht, Liège, Terwagne, Marche en Bouillon |
|
14 | Van Veurne naar Saarlouis over Ieper, Warneton, Menen, Warcoing, Tournai, Mons, Beaumont, Chimay, Couvin, Marienbourg, Neufchateau, Arlon, Luxembourg en Remich | Van Tournai naar Condé |
16 | Van Dunkerque naar Köln over Roesbrugge, Ieper, Menen, Kortrijk, Oudenaarde, Ninove, Brussel, Leuven, Tienen, Sint Truiden, Maastricht, Valkenburg en Rolduc |
|
18 | Van Lille naar Wesel over Kortrijk, Deinze, Gent, Lokeren, Sint Niklaas, Antwerpen, Turnhout, Valkenswaard en Venlo |
van Lokeren naar Dendermonde |
20 | Van Valenciennes naar Aachen over Quiévrain, Mons, Binche, Charleroi, Namur, Huy, Liège en Herve |
|
Verdere invulling van het plan
In 1821 werd dit plan verder verfijnd, met een indeling in wegen van eerste en tweede klasse (Rijkswegennet 1821). Deze indeling bleef tot het eind van de 19e eeuw onveranderd. Wegen van de 1e klasse vielen onder het rechtstreeks beheer van het Rijk, bij wegen van de 2e klasse gingen beheer en onderhoud naar de provincies. Onder leiding van Rijkswaterstaat werd tussen 1825 en 1830 en tussen 1840 en 1850 zo'n 500 kilometer rijksweg, en daarmee bijna het volledige rijkswegennet van eerste klasse, van bestrating voorzien.
In de tussenliggende periode was er geen geld in verband met de financiering van de militaire mobilisatie tegen de Belgische afscheiding. Uiteindelijk werd in 1839 de definitieve scheiding van het verenigde Koninkrijk der Nederlanden een feit. Met de afscheiding van België bleef Nederland achter met een wegennetwerk waarbij een oost-west-gerichte rijksverbinding in Nederland ten zuiden van de grote rivieren ontbrak. Tussen Middelburg en Tilburg lag er nog een oost-west-verbinding (die dan verder ging naar ‘s-Hertogenbosch en Nijmegen), maar een logische vervolgverbinding richting Eindhoven en Limburg ontbrak. Wat er was op dat gebied, was meestal in België komen te liggen.
De bewuste wegen zijn in het moderne Nederland nog op veel plaatsen te zien. Vaak zijn het wegen met namen als Rijksstraatweg. De tracé's van de belangrijkste rijksstraatwegen kan men nalezen op http://www.rijksstraatwegen.nl.
Referenties
Chronologie van Nederlandse nationale wegenplannen |
---|
Vaststelling (historische) rijkswegennetten: 1816 - 1821 Rijkswegenplannen: 1915 - 1927 - 1932 - 1938 - 1948 - 1958 - 1968 - 1984 Tussentijdse wegenplannen: 1200 km-plan (1959) - Structuurschema Hoofdwegennet 1966 Planologische kernbeslissingen: Structuurschema Verkeer en Vervoer (1977-1981) - Tweede Structuurschema Verkeer en Vervoer (1988-1991) - Nationaal Verkeers- en Vervoersplan (2000-2002) - Nota Mobiliteit (2004-2006) Rijksstructuurvisies: Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (2011-2012) |