Verkeersregeling

Uit Wegenwiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

De verkeersregeling is het geheel van maatregelen en voorzieningen om een gewenste verkeersafwikkeling te verkrijgen met een verkeersregelinstallatie. In de verkeersregeling draait het programma voor het regelen van de verkeersstromen. Dit regelen vindt plaats door gebruik te maken van ingangssignalen zoals informatie uit detectielussen, koppelkabels of een vooraf geprogrammeerde regeling, waarmee het aansturen van lampen en andere uitgangssignalen in een bepaalde volgorde kan worden uitgevoerd.

De meeste nieuwe verkeersregelautomaten of verkeersregelingen in Nederland zijn uitgerust met het IVERA-protocol. Dit is een datacommunicatiestandaard voor verkeersregeltoestellen en de bijbehorende centrale computersystemen.

Soorten regelingen

Naar complexiteit

Er bestaan voor zover bekend 4 soorten regelingen in Nederland. Deze zijn ingedeeld naar complexiteit en zijn als volgt:

Star
Een starre regeling functioneert volgens een vast tijdsschema, waarin alle signaalgroepen binnen een vaste cyclustijd en in een vaste volgorde een vaste groentijd krijgen.
Voertuigafhankelijk
Een voertuigafhankelijke regeling past het regelproces aan op basis van metingen aan het verkeersproces. De lengte van elke vooraf gedefinieerde groenfase wordt aangepast aan het actuele verkeersaanbod. Als er geen verkeer aanwezig is op een richting dan wordt deze overgeslagen. De groentijd voor elke richting is een functie van het verkeersaanbod en varieert tussen een minimale en maximale ingestelde tijd.
Halfstar
Een halfstarre regeling maakt het mogelijk om binnen een vaste cyclustijd onder bepaalde voorwaarden de groentijden aan het actuele verkeersaanbod aan te passen. Deze worden vaak in netwerkregelingen of gecoördineerde regelingen toegepast. Het wijzigen van halfstarre regelingen moet met grote voorzichtigheid gebeuren, aangezien het verkeerd afstellen van 1 regeling in een streng de groene golf uit de pas kan laten lopen, of kan tot gevolg hebben dat een installatie naar geel knipperen overschakelt.
Verkeersafhankelijk
Een verkeersafhankelijke regeling verschilt enigszins ten opzichte van de voertuigafhankelijke regeling. Het verschil zit in de metingen aan het verkeersproces waarbij in dit geval het totale verkeersproces wordt gemeten. Op basis van de resultaten uit actuele metingen aan detectoren en drukknoppen wordt dan getracht de regeling realtime te optimaliseren met behulp van een zogenaamde doelfunctie.

Naar reikwijdte

Een andere indeling van verkeersregelingen kan gemaakt worden op basis van de reikwijdte:

Geïsoleerde verkeersregeling
Een geïsoleerde verkeersregeling draait op één kruispunt of hooguit op twee zeer nabijgelegen kruispunten zonder invloed uit te oefenen op andere verkeersregelingen. Deze kan werken met starre, halfstarre, voertuigafhankelijke en verkeersafhankelijke regelingen.
Gecoördineerde verkeersregeling
De gecoördineerde verkeersregeling bestaat uit twee of meer gekoppelde verkeersregelingen op een corridor waar een groene golf voor het doorgaand verkeer actief is. Deze kunnen werken met starre, halfstarre, voertuigafhankelijke en verkeersafhankelijke regelingen.
Netwerkregeling
De netwerkregeling bestaat uit gecoördineerde verkeersregelingen die in een bepaald netwerk opereren, dus niet alleen op 1 corridor. De verkeersregelingen worden door vooraf gedefinieerde signaalplannen aangestuurd of door middel van een adaptief regelsysteem.

De gecoördineerde regelingen en de netwerkregelingen zijn de nieuwste ontwikkeling op het gebied van VRI's. Daarvoor zijn diverse systemen ontwikkeld c.q. in ontwikkeling. Denk hierbij aan UTOPIA-SPOT, CVMS, Toptrac, SCOOT, enz.

Naar conflicten

Een laatste indeling is op basis van het al dan niet toestaan van deelconflicten. Een verkeerslichtenregeling waarbij geen deelconflicten zijn toegestaan, heet een conflictvrije verkeerslichtenregeling.

Inregelproces

Het inregelen van een verkeersregeling vereist de nodige deskundigheid van de verkeersregeltechnicus, een bijzonder verkeerskundig specialist.

Daar waar vroeger de meeste regelingen star werkten, zijn deze thans meestal voertuigafhankelijk. Dat wil zeggen: buiten de spitsuren. Door het grote verkeersaanbod tijdens de spitsuren acteren de meeste VRI's dan alsnog alsof het starre regelingen betreft.

Voor het inregelen van een verkeersregeling is kennis nodig van diverse programmeertalen, zoals CCOL, RWS-C en SRM2. Daarbij wordt gewerkt met regeltechnische ontwerppakketten als COCON, TRANSYT en het in opmars komende Lisa+ of TRAFFICK. De effecten van VRI-regelingen kunnen tegenwoordig worden bepaald met simulatiepakketten als FLEXSYT, AIMSUN, VISSIM of PARAMICS.

Hieronder een afbeelding waarin het inregelproces is weergegeven:

(afbeelding invoegen)

Kwaliteit van de regeling

De kwaliteit van een VRI-regeling kan zich meten aan de hand van één van de hieronder als voorbeeld genoemde beoordelingsaspecten of een combinatie hiervan:

Fasecyclus

Fasecyclus is de term voor het programma dat een regeling doorloopt. Daarin krijgen de diverse aanwezige signaalgroepen elk één of meerdere malen een groenfase, een geelfase en een roodfase. Tussen de signaalgroepen wordt veiligheidshalve ontruimingstijd ingebouwd. De totale tijd waarin alle signaalgroepen aan bod komen heet de cyclustijd. Een schematische weergave van de fasecyclus kan worden weergegeven in een fasediagram.

afrijcapaciteit

conflictbelasting

(nader uitwerken)

Detaillering

(grens)hiaattijd

fietsvoorstart

OV-ingreep en afkappen van groenfasen

wachtstanden

(nader uitwerken)

Gestandaardiseerde nummering van signaalgroepen

Nederland

Standaardnummering van richtingen bij verkeerslichtenregelingen.

De nummering van de verkeerslantaarns op een kruispunt is gestandaardiseerd; zie daarvoor de hiernaast getoonde afbeelding. Daarbij geldt de volgende nummering:

  • 1 - 12: snelverkeer of gecombineerd met fietsverkeer (reserve: 13 - 19)
  • 21 - 28: fietsverkeer (reserve: 29)
  • 31 - 38: voetgangers (reserve: 39)
  • 41 - 52: openbaar vervoer (reserve: 53 - 59)

Wanneer een rechtsafslaande richting wordt gecombineerd met een rechtdoorgaande richting dan krijgt de rechtdoorgaande richting het signaalgroepnummer. Voorbeeld: richting 1 is gecombineerd met richting 2, dan krijgt die rijstrook nummering 2. Voorbeeld 2: Richting 1 én 3 worden gecombineerd met de rechtdoorgaande richting, dan krijgt deze rijstrook andermaal richting 2 mee.

Eenzelfde situatie geldt bij fietsverkeer en voetgangers. Wanneer een middenberm ontbreekt dan wordt bij fietsverkeer in de regel het hoogste nummer gekozen, bij voetgangers meestal het laagste nummer. Voetgangers hebben overigens dezelfde oplopende nummering als het fietsverkeer.

Ligt een tweede geregeld kruispunt zo dichtbij (meestal wordt als maximale afstand 150 meter aangehouden), dat beide kruispunten als één geregeld kruispunt werken dan worden de volgrichtingen opgehoogd met 60. Dit resulteert in de volgende nummers:

  • 61 - 79: snelverkeer of gecombineerd met fietsverkeer
  • 81 - 89: fietsverkeer
  • 91 - 99: voetgangers

België

In België wordt een kruispunt ingedeeld in takken. Elke tak op een kruispunt krijgt een letter in tegenstelling tot in Nederland, waar enkel met cijfers wordt gewerkt. Er wordt geteld tegen de klok in, waarbij de telling begint bij de A en elke volgende tak een volgende letter in het alfabet toebedeeld krijgt. Vervolgens krijgen de gemotoriseerde richtingen een volcijfer aangeduid, waarbij tevens tegen de klok in wordt geteld. Een linksaffer op tak C krijgt aldus het kenmerk C1 toegedeeld, de rechtdoorgaande richting C2 en de rechtsaffer C3. Gecombineerde rijrichtingen krijgen de beide volgnummers van de richtingen, dus een gecombineerde linksaffer en rechtdoorgaande richting op tak C krijgt dan het kenmerk C12 mee, een gecombineerde rechtsafrichting en rechtdoorgaande richting C23. Fietsrichtingen worden aangeduid met de letter F per tak, dus FA, FB, FC, FD, etc. Voetgangersrichtingen krijgen kleine letters, dus a, b, c, d, etc.

Bronnen

In andere talen

  • Engels (English): traffic control; signal control