Benin
Bénin | |
---|---|
Hoofdstad | Porto-Novo |
Oppervlakte | 112.622 km² |
Inwonertal | 13.755.000 |
Lengte wegennet | 1.357 km |
Lengte snelwegennet | 0 km |
Eerste snelweg | nvt |
Benaming snelweg | nvt |
Verkeer rijdt | rechts |
Nummerplaatcode | DY[1] |
Benin (Frans: Bénin), formeel de Republiek Benin (République du Bénin) is een klein land in het westen van Afrika. Het land is circa 3 keer zo groot als Nederland en telt ruim 13 miljoen inwoners. De hoofdstad is Porto-Novo, de grootste stad is Cotonou.
Inleiding
Geografie
Benin is een kleiner land in West-Afrika, ingeklemd tussen Nigeria in het oosten, Togo in het westen en Burkina Faso en Niger in het noorden. Het land is in de noord-zuidrichting uitgerekt, de kustlijn aan de Golf van Guinea beslaat slechts 120 kilometer, maar het land meet ruim 650 kilometer van noord naar zuid.
Een groot deel van Benin ligt in de tropische savanna-zone, alleen het uiterste noorden is droger. Het land is overwegend vlak, het grootste deel van het land ligt tussen 100 en 400 meter boven zeeniveau. De 658 meter hoge Mont Sokbaro op de grens met Togo is het hoogste punt van Benin. De kustlijn van Benin bestaat uit zandstranden met daarachter lagunes en moerasgebieden. De kustlijn is daarom maar beperkt ontwikkeld, eigenlijk alleen rond de stad Cotonou. De grote rivier de Niger vormt voor een deel de noordgrens met het land Niger.
Benin heeft een heet en vochtig klimaat. De gemiddelde maximumtemperatuur in Cotonou ligt het gehele jaar door tussen 28 en 32 °C. Er valt circa 1300 mm neerslag per jaar in Cotonou, met een sterke uitschieter van april tot juli en een drogere periode in december en januari.
Demografie
Benin had in 1950 slechts 2,2 miljoen inwoners en groeide naar 10 miljoen inwoners in 2015. Het land heeft 5 steden met meer dan 100.000 inwoners, waarvan er 4 rond de havenstad Cotonou en de nabijgelegen hoofdstad Porto-Novo liggen. De voornaamste stad in het binnenland is Parakou. Er zijn 42 etnische groepen in Benin, opgedeeld in 3 grotere groepen: Niger-Congo, Nilo-Saharaans en Afro-Aziatisch. In het land worden meer dan 50 talen gesproken, waarvan het Frans de officiële taal is. Voor een groot deel van de inwoners is het Frans de tweede taal en de lingua franca tussen bevolkingsgroepen. De meeste media is uitsluitend in het Frans. Het Engels is in opkomst, mede vanwege de handel met buurland Nigeria.
Economie
Benin is een ontwikkelingsland met een grote informele economie. Een groot deel van de bevolking werkt in de landbouw voor de eigen voedselvoorziening. Er is weinig industrie in Benin buiten de havenstad Cotonou. Circa 40% van de inwoners leeft onder de armoedegrens, dit is zelfs stijgend omdat de economie niet zo snel groeit als het inwonertal. Een grote drempel voor economische groei is het gebrekkige onderwijs, veel Beninezen kunnen niet lezen of schrijven. De infrastructuur is gebrekkig.
Geschiedenis
Het huidige Benin omvat drie historische regio's die voor de Franse kolonisatie hun eigen cultuur en bestuur hadden. Na 1600 begon het koninkrijk Dahomey te ontstaan in de kustregio, wat nu het zuiden van Benin is. Dit koninkrijk bestond tot 1894, toen de laatste koning verslagen werd door de Fransen. De regio werd relatief laat gekoloniseerd, alhoewel vanaf de 18e eeuw al wel slavenhandel met de Portugezen plaatsvond. In 1899 werd de Franse kolonie Dahomey opgericht, als onderdeel van het grotere Frans West-Afrika. Dit was een grensregio, naar het oosten lag de Britse kolonie Nigeria.
Onder de Franse koloniale tijd werd infrastructuur aangelegd, met name de haven van Cotonou en spoorlijnen naar het binnenland. Onderwijs werd opgericht door katholieke kerken. In 1958 verkreeg Dahomey autonomie en werd in 1960 formeel onafhankelijk van Frankrijk. De jaren '60 werden gemarkeerd door onrust en staatsgrepen. In 1974 werd de Marxistische Volksrepubliek Benin uitgeroepen. Het land vestigde relaties met China, Noord-Korea en Libië en plaatste bijna de hele economie onder de staat, waardoor buitenlandse investeringen opdroogden. In 1989 werd het Marxisme afgezworen en in 1990 werd het land hernoemd naar de Republiek Benin. Sindsdien is het land democratisch, maar is de situatie economisch niet significant verbeterd, het land is echter wel stabieler geworden.
Wegennet
In 2018 beschikte Benin over een netwerk van 5.945 kilometer routes nationales, waarvan 2.972 kilometer was geasfalteerd.[2]
Het wegennet van Benin is beperkt, er zijn feitelijk twee belangrijke verharde hoofdwegen, de kustweg vanaf de grens met Nigeria via Cotonou naar Togo, en de weg van Cotonou naar de grens met Niger in het noorden. Andere wegen zijn vaak in slechte toestand en doorgaans onverhard. De kustroute is grotendeels 2x2 uitgevoerd, maar geen autosnelweg. In Benin zijn in het geheel geen autosnelwegen. In Cotonou zijn alleen de hoofdwegen verhard, de zijstraten zijn vrijwel altijd onverhard en van zeer slechte kwaliteit. De grensovergang met Niger is één van de belangrijkste in het noorden en ligt bij Malanville. Hier liggen twee bruggen over de Niger naast elkaar. Met Burkina Faso is één verharde grensovergang. Met buurland Togo zijn een aantal grensovergangen, maar de meesten zijn onverhard. Het aantal grensovergangen met Nigeria is ondanks de lange grens nogal beperkt.
In Cotonou lopen een aantal meerstrookswegen met chaotisch verkeer. Er zijn drie bruggen over de de watergang die het Lac Nokoué van de Atlantische Oceaan scheidt, waarvan de nieuwste[3] omstreeks 2004 in gebruik is genomen.
De verkeersveiligheid in Benin is slecht, wegverlichting ontbreekt vrijwel volledig, evenals wegmarkering. Het verkrijgen van brandstof is redelijk goed in het zuiden, maar minder in het noorden waar maar een beperkt aantal tankstations zijn. Bekende tankstations komen ook in Benin voor. Gesmokkelde benzine uit Nigeria wordt vaak in flessen langs de weg verkocht, maar is doorgaans van slechte kwaliteit en vaak aangelengd met water. West-Afrika is een belangrijke afzetmarkt voor afgedankte Europese auto's van Franse en Japanse makelij, die onder andere in Benin weer verkocht worden.
Hoofdwegennet
Het hoofdwegennet is in 2001 vastgesteld, toen er 6.076 kilometer weg werden aangewezen als onderdeel van het réseau routier national (nationale wegennet). Hiervan vormen de 7 routes van de Route Nationale Inter-Etat 2.178 kilometer. Van de nationale wegen was in 2014 1.837 kilometer geasfalteerd en 4.239 kilometer onverhard.[4] In 2007 werd de kwaliteit van het nationale wegennet vastgesteld op 24% goed, 54% berijdbaar, 14% slecht en 8% in aanleg.[5] Het wegennet werd vanaf 1970 gefinancierd uit het wegenfonds (fonds routier). Sinds 1997 wordt het wegenfonds deels gefinancierd door tolheffing. In 2021 is het wegenfonds echter opgeheven.
Hoofdwegen in Benin |
---|
Geschiedenis
Franse kolonie Dahomey (1894-1958)
Dahomey werd in 1894 opgericht als een Franse kolonie. Begin 20e eeuw werd de infrastructuur van de kolonie ontwikkeld, twee assets waren belangrijk in de ontwikkeling van het gebied, de bouw van een haven in Cotonou in 1908 en de bouw van een spoorlijn vanaf Cotonou landinwaarts, uiteindelijk tot aan Parakou in het midden van het land in 1936. Parakou ontwikkelde zich nadien in een belangrijke railhead voor transport vanuit het binnenland van Afrika, goederen werden vanuit het binnenland over de slechte wegen naar Parakou vervoerd en vanaf daar per trein naar Cotonou vervoerd, waar het geëxporteerd werd. Deze combinatie werd de 'Benin Route' genoemd. Deze geschiedenis is erg vergelijkbaar met buurland Togo, waar een vergelijkbaar netwerk was ontwikkeld in de Franse koloniale periode. Togo was een exportroute voor Burkina Faso, Benin voor Niger. De eerste verbeterde (maar onverharde) weg ten noorden van Parakou is omstreeks 1927 aangelegd richting Malanville.
In de Franse koloniale periode is een relatief uitgebreid netwerk van verharde wegen aangelegd, zeker in vergelijking met buurland Togo. Het wegennet uit die tijd was 6.550 kilometer lang, waarvan 765 kilometer geasfalteerd was. De belangrijkste verharde weg verliep vanaf de railhead in Parakou tot de grens met Niger, een 319 kilometer lange geasfalteerde weg die tussen 1954 en 1957 door de Fransen is aangelegd.[6] In de periode 1956-1957 is ook een verharde weg aangelegd van Cotonou naar Allada. In 1959 opende de grensbrug met Niger bij Malanville voor het verkeer.
Onafhankelijk Dahomey (1958-1975)
Dahomey werd in 1958 een onafhankelijke republiek binnen de Franse gemeenschap, in 1960 werd het land definitief onafhankelijk als de Republiek Dahomey. Het eerste grote project dat de overheid uitvoerde was de bouw van een moderne diepzeehaven in Cotonou, die in 1965 gereed kwam. De staat van het wegennet verslechterde gedurende de jaren '60 significant vanwege het gebrek aan georganiseerd wegonderhoud. Tussen 1960 en 1968 werd in totaal slechts $ 10 miljoen aan wegen uitgegeven, hoofdzakelijk aan wegen in het zuiden van Dahomey. In 1970 werd met steun van de World Bank een wegonderhoudprogramma opgezet. Ook werd een studie uitgevoerd om de weg van Parakou naar Malanville aan de grens met Niger te moderniseren.
De spoorlijn van Cotonou tot Parakou is van cruciaal belang voor de export van het zuidwesten van Niger, dat het dichtstbevolkte deel van Niger is. Tot 1966 werd het spoorvervoer mede door de overheid van Niger gesubsidieerd. De vrachttarieven werden vervolgens verhoogd om de spoorweg weer rendabel te krijgen, wat tegen 1970 succesvol was. Dit was echter mede een aanleiding dat de bouw van een doorgaand geasfalteerde noord-zuidroute in Benin weinig prioriteit had, omdat de spoorlijn ten zuiden van Parakou kon voldoen aan een groot deel van het goederentransport in die tijd.
In 1970 reden er 7.000 personenauto's in Dahomey rond. In 1971 had Dahomey een netwerk van 4.510 kilometer geclassificeerde wegen, waarvan 676 kilometer was geasfalteerd. Van het primaire netwerk (2.194 kilometer) was toen 627 kilometer geasfalteerd en 1.567 kilometer onverhard. Van het secundaire netwerk was indertijd slechts 49 kilometer geasfalteerd. Van het tertiaire netwerk was geen enkele weg verhard.[7]
In 1972 waren er de volgende verharde wegen;
- een oost-westroute langs de kust van Togo naar Nigeria
- een weg vanaf Cotonou landinwaarts via Allada naar Bohicon
- een weg vanaf Come landinwaarts tot Lokossa
- de weg van Parakou naar de grens met Niger bij Malanville
Ontwikkelingen in Benin (1975-heden)
De modernisatie van de wegen onder de paraplu van de World Bank begon midden jaren '70. Prioriteit had de noord-zuidcorridor, maar nog niet meteen de gehele route, aangezien de spoorlijn van Cotonou naar Parakou de belangrijkste rol speelde in het transport van goederen in het zuiden van Benin. Wel werd geïnvesteerd in twee delen van het zuidelijk deel van de route tussen Cotonou en Allada, die belangrijk was voor de regionale ontsluiting en in de jaren '60 beschadigd was door overstromingen.
Het wegennet van Benin was midden jaren '70 relatief uitgebreid maar de 680 kilometer verharde wegen in 1973 bestonden voor een aanzienlijk deel uit smalle asfaltwegen van 3,5 meter breed, die veelal door vlak terrein verlopen waardoor indien er geen tegenverkeer was, snelheden van 80 tot 90 km/h mogelijk was. In de periode 1973-1977 is de weg van Parakou naar Malanville aan de grens met Niger gemoderniseerd. De weg is toen verbreed naar twee volwaardige rijstroken.
Tot circa 1977 was het beleid van de regering van Benin om de weg van Bohicon tot Parakou niet verder te ontwikkelen dan een zandweg geschikt voor personenauto's, om concurrentie met de spoorlijn van Cotonou naar Parakou te voorkomen. Er waren twee spoorbruggen waar wegverkeer ook van gebruik maakte op dat traject. Vrachtwagens mochten daar alleen per uitzondering rijden. Daardoor was er effectief geen goederentransport over de weg tussen het noorden en zuiden van Benin. Om Benin verder te ontwikkelen werd dit beleid losgelaten. Het traject van Bohicon tot Dassa-Zoumé werd eind jaren '70 met Europese financiering als verharde weg aangelegd. De enige andere weg die in de periode 1970-1980 werd aangelegd als verharde weg was de weg van Lokossa naar Abomey in het zuidwesten van Benin.[8]
In 1981 had Benin ongeveer 900 kilometer geasfalteerde weg. Een groot deel van de geasfalteerde wegen van die tijd was 6 meter breed, wat toen al als inadequaat werd gezien. De staat van onderhoud was in die tijd wel relatief goed vanwege meerdere investeringen van de World Bank achter elkaar.
In de jaren '80 verslechterde de situatie in Benin. Het land was vanaf 1975 als een volksrepubliek op marxistisch-leninistische grondslag gebaseerd, maar staatsschuld werd problematisch en een grenssluiting door Nigeria zorgde voor een sterke afname van de inkomsten van de overheid. De socialistische staat werd in 1989-1990 afgeschaft. Het was gepland om het laatste deel van de noord-zuidroute van Dassa-Zoumé tot Parakou is in de periode 1982-1984 als verharde weg aan te leggen,[9] maar op een kaart uit 1989 ontbrak dit deel nog steeds als onverharde weg.[10] Op een kaart uit 1990 komt dit deel wel voor als verharde weg.[11] In 1990 beschikte Benin over circa 1.240 kilometer geasfalteerde weg.
Na 1990 werd het wegennet verder opgeknapt. De noord-zuidroute van Cotonou naar de grens met Niger was tegen die tijd volledig geasfalteerd. Het netwerk van verharde wegen groeide, met name gefocust op de verharding van de routes nationales inter-etat en een deel van de routes nationales. In 2006 had Benin 1.800 kilometer verharde weg. In 2001 werd het wegennet nieuw geclassificeerd, waarbij het aantal genummerde routes nationales drastisch werd uitgebreid, dit volgde waarschijnlijk op het feit dat de oorspronkelijke 10 routes nationales tegen die tijd grotendeels verhard waren.
Wegbeheer
Het wegbeheer ligt bij het ministerie van infrastructuur en transport (Ministère des Infrastructures et des Transports).[12] Het ministerie is frequent van naam gewijzigd en werd in 1957 opgericht als het Ministère des Travaux Publics. Er was zoals in meer Afrikaanse landen een apart wegenfonds, maar dat is in 2021 opgeheven.[13]
Tolwegen
In Benin wordt op enkele wegen tol geheven om het wegenfonds te financieren. De eerste tolweg was de RNIE1 bij de grens met Togo, hier wordt sinds 1987 tol geheven. Dit was lange tijd de enige tolweg, sinds 1997 wordt op meer wegen tol geheven.[14] De tolwegen zijn onder concessie gebracht, in 2014 waren er in Benin 4 concessionairs.[15] In 2018 waren er 11 tolpunten.
Wegnummering
Er zijn vier wegnummerlagen in Benin, de Routes Nationales Inter-Etat, met de prefix RNIE, en de routes nationales, met de prefix RN. Daarnaast zijn er routes départementales en routes communales geclassificeerd.
Geschiedenis
Oorspronkelijk vielen de RNIE-routes grotendeels samen met de RN-routes. De oorspronkelijke RN-nummering liep van de RN1 t/m RN10. Al begin jaren '80 werd specifiek gesproken over internationale wegen naast de routes nationales.[16] In 2001 is de wegnummering aangepast.[17] De RNIE-routes zijn in stand gelaten, maar de oude RN-routes zijn geschrapt, en er is een nieuwe nummering ingevoerd met RN-nummers tussen RN11 en RN39. Ruim de helft van de nieuwe RN-wegen zijn minder dan 50 kilometer lang.[18]
Lijst van Routes Nationales Inter-Etat
Lijst van routes nationales
Bewegwijzering
De bewegwijzering in Benin is identiek aan die van Frankrijk, met witte borden met zwarte letters.
Referenties
- ↑ Van de voormalige naam Dahomey (tot 1975)
- ↑ ANNUAIRE STATISTIQUE DES TRAVAUX PUBLICS ET DES TRANSPORTS (2017 - 2018 ) | transports.bj
- ↑ Troisième Pont Cotonou
- ↑ classification des routes | fondsroutier-benin.org
- ↑ Les routes du Bénin | fondsroutier-benin.org
- ↑ Dahomey - Highway Maintenance and Engineering Project (English) | worldbank.org
- ↑ Dahomey - Second Highway Project (English) | worldbank.org
- ↑ Benin - Fourth Highway Project (English) | worldbank.org
- ↑ Benin - Third Highway Project (English) | worldbank.org
- ↑ Benin - Highway and Feeder Roads Projects (English) | worldbank.org
- ↑ INFRASTRUCTURES DE RÉSEAU, Rapport Afrique de l’Ouest 2007-2008 | oecd.org
- ↑ transports.bj
- ↑ Au Bénin, le gouvernement dissout le Fonds routier et la Compagnie béninoise de navigation maritime | agenceecofin.com
- ↑ Les postes de péages | fondsroutier-benin.org
- ↑ Les concessionnaires de la gestion des postes de péages | fondsroutier-benin.org
- ↑ Benin - Third Highway Project (English) | worldbank.org
- ↑ DECRET NO 2OO1-092 DU 20 FEVRIER 2OO1 Portant classement des voies d'intérêt économique, touristique ou stratégique. | sgg.gouv.bj
- ↑ Les Routes Nationales | fondsroutier-benin.org
Wegen van Afrika |
---|
Algerije • Angola • Benin • Botswana • Burkina Faso • Burundi • Centraal-Afrikaanse Republiek • Comoren • Democratische Republiek Congo • Republiek Congo • Djibouti • Egypte • Equatoriaal Guinea • Eritrea • Ethiopië • Gabon • Gambia • Ghana • Guinea • Guinea-Bissau • Ivoorkust • Kaapverdië • Kameroen • Kenia • Lesotho • Liberia • Libië • Madagaskar • Malawi • Mali • Marokko • Mauritanië • Mauritius • Mozambique • Namibië • Niger • Nigeria • Rwanda • São Tomé en Príncipe • Senegal • Seychellen • Sierra Leone • Somalië • Sudan • Swaziland • Tanzania • Togo • Tsjaad • Tunesië • Uganda • Westelijke Sahara • Zambia • Zimbabwe • Zuid-Afrika • Zuid-Sudan |