Bosnië-Herzegovina

Uit Wegenwiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Bosna i Hercegovina
Hoofdstad Sarajevo
Oppervlakte 51.129 km²
Inwonertal 3.358.000
Lengte wegennet 21.846 km
Lengte snelwegennet 263 km[1]
Eerste snelweg 2000[2][3]
Benaming snelweg Autoput/Autocesta
Verkeer rijdt rechts
Nummerplaatcode BIH

Bosnië-Herzegovina, vaak kortweg Bosnië (Bosnisch, Kroatisch en Latijns Servisch: Bosna i Hercegovina, cyrillisch: Босна и Херцеговина), is een land in Zuidoost-Europa. Het land telt 3,3 miljoen inwoners en de hoofdstad is Sarajevo.

Inleiding

Geografie

Bosnië-Herzegovina is gelegen op de westelijke Balkan, met een zeer korte kustlijn aan de Adriatische Zee bij Neum. Het land grenst verder in het westen en noorden aan Kroatië, in het oosten aan Servië en in het zuidoosten aan Montenegro. Het land meet maximaal 280 kilometer van west naar oost en 280 kilometer van noord naar zuid. Het land wordt gedomineerd door de Dinarische Alpen, een woest karst- en kalksteengebergte met de 2.386 meter hoge Maglić als hoogste punt. Grote delen van het land worden gedomineerd door ontoegankelijke bergruggen, hooglanden en canyons. Het noorden van Bosnië-Herzegovina kent vooral wat lage heuvels en wordt soms beschouwd als onderdeel van de Pannonische vlakte. De rivier de Sava vormt de noordgrens met Kroatië en is de grootste rivier van het land. Diverse zijriveren stromen vanuit Bosnië-Herzegovina naar de Sava, waaronder de Bosna, waar het land naar vernoemd is. De Drina vormt de oostgrens met Servië en de Neretva is de enige rivier die zuidwaarts naar de Adriatische Zee stroomt. Ongeveer de helft van Bosnië-Herzegovina is bebost.

Bosnië-Herzegovina ligt op de overgang van een Mediterraans klimaat in het zuiden naar een Alpien en continentaal klimaat in het noorden, gekarakteriseerd door hete zomers en koude winters met sneeuw. De hoofdstad Sarajevo ligt op 550 meter hoogte en heeft maximumtemperaturen die variëren van 4°C in januari tot 27°C in augustus. De neerslag is gelijkmatig over het jaar verdeeld, maar het zuiden is in de zomer droger maar in het voorjaar en najaar natter. De neerslag varieert van 900 mm in Sarajevo tot 1.500 mm in Mostar. Mostar is echter ook de zonnigste stad van het land.

Demografie

Bosnië-Herzegovina heeft een krimpend inwonertal. Het land bereikte zijn piek eind jaren '80 met 4,3 miljoen inwoners. Dit daalde sterk naar 3,6 miljoen in 1996 vanwege de Bosnië-oorlog. Het inwonertal groeide daarna weer naar 3,8 miljoen in midden jaren 2000 maar begon daarna weer te krimpen.

Het land wordt gevormd door drie etnische groepen, de Bosniakken, Serviërs en Kroaten. De Bosniakken maken de helft van de bevolking uit, Serviërs iets minder dan een derde en Kroaten zo'n 15%. Op religieus vlak is het land ongeveer 50/50 verdeeld in islam en het christendom. Deze demografie was een belangrijke oorzaak van de complexe Bosnië-oorlog begin jaren '90.

In Bosnië-Herzegovina zijn geen officiële landstalen vastgesteld. Het Bosnisch, Servisch en Kroatisch worden beschouwd als de drie formele talen van het land. De drie talen hebben wederzijdse verstaanbaarheid en worden gezamenlijk ook wel het Servo-Kroatisch genoemd.

Met afstand de grootste stad is de hoofdstad Sarajevo, dat circa 275.000 inwoners telt. Andere steden met meer dan 100.000 inwoners zijn Banja Luka, Tuzla, Zenica, Bijeljina en Mostar. In totaal zijn er 20 plaatsen met meer dan 40.000 inwoners.

Bestuurlijke indeling

De entiteiten in Bosnië-Herzegovina.

Aan het einde van de Bosnië-oorlog werd het land volgens de Daytonakkoorden opgedeeld in twee entiteiten: de Republika Srpska in het noorden en oosten en de Federatie Bosnië-Herzegovina in het midden, westen en zuiden. Beide entiteiten beslaan de helft van de Bosnische landoppervlakte, echter de Federatie Bosnië-Herzegovina omvat tweederde van de inwoners en de Republika Srpska slechts een derde. De grenzen tussen beide entiteiten zijn zeer grillig en feitelijk het resultaat van de frontlijn aan het einde van de Bosnië-oorlog. In het noorden is in 2000 het district Brčko gecreëerd, dat officieel tot beide entiteiten behoort maar door geen van beiden bestuurd wordt.

De federatie Bosnië-Herzegovina is verder opgedeeld in 10 kantons. De gemeenten vormen de laagste overheidslaag, maar de Republika Srpska heeft geen verdere regionale indeling, hier zijn de gemeenten de derde laag van bestuur, in de federatie Bosnië-Herzegovina de vierde laag.

Economie

Als onderdeel van voormalig Joegoslavië was het land oorspronkelijk een socialistische planeconomie. Na het uiteenvallen van voormalig Joegoslavië had het echter niet te mogelijkheid om een transitie naar een vrije markteconomie vorm te geven vanwege het uitbreken van de Bosnië-oorlog. Pas na de oorlog kon men zich richten op de economische transitie, maar tegelijkertijd moest het land herbouwd worden na de oorlog. Het land heeft nog steeds te maken met grote economische problemen, de economie kromp begin jaren '90 met 60% en de politieke tegenstellingen na de oorlog verhinderde het ontstaan van een functionerende en efficiënte overheid en een aantrekkelijk investeringsklimaat. Het welvaartsniveau is sindsdien mondjesmaat gegroeid, maar hoge werkloosheid en emigratie zorgen ervoor dat het land zich maar langzaam ontwikkelt. Het inkomensniveau is nog geen 30% van het EU-gemiddelde.

Geschiedenis

De regio werd vanaf de 6e eeuw bevolkt door Slavische volkeren. In de 12e eeuw werd de banaat Bosnië gesticht, dat in de 14e eeuw opging in het Koninkrijk Bosnië. Het werd daarna geannexeerd door het Ottomaanse Rijk, die de islam naar de regio bracht. In 1878 kwam het gebied onder het bestuur van Oostenrijk-Hongarije te staan. Op 28 juni 1914 werd in Sarajevo de aartshertog Franz Ferdinand vermoord door een Joegoslavische nationalist, wat de aanleiding was voor de Eerste Wereldoorlog. Na de oorlog was Bosnië onderdeel van het Koninkrijk Joegoslavië. In april 1941 werd het bezet door Nazi-Duitsland. Na de Tweede Wereldoorlog was Bosnië een republiek van Joegoslavië.

Bosnië bleef het minst ontwikkelde deel van Joegoslavië. Het bergachtige terrein zorgde ervoor dat het gebied weinig hoogwaardige infrastructuur had en moderne handelsroutes niet via Bosnië verliepen. De Autoput Bratstvo i Jedinstvo werd tussen 1948 en 1950 net buiten Bosnië aangelegd. De centrale ligging van Bosnië zorgde er wel voor dat veel van het Joegoslavische leger in de regio was gestationeerd, evenals de productie en opslag van grote hoeveelheden wapens. Joegoslavië was geen onderdeel van het Oostblok en stond meer open voor Westerse investeringen.

Na de dood van Tito in 1980 begonnen nationalistische sentimenten in Joegoslavië de kop op steken, waaronder en ook vooral in Bosnië. In 1990 werden voor het eerst vrije verkiezingen gehouden waarin nationalistische partijen in Bosnië wonnen ten opzichte van de centralistische partij van president Milošević. Het volgende jaar begon Joegoslavië uiteen te vallen en werden onafhankelijke landen uitgeroepen, waarvan sommige maar een kort leven beschoren waren. In Bosnië waren er vooral tegenstellingen tussen de pro-onafhankelijkheidspartijen van de Kroaten en Bosniakken enerzijds en de centralistische Serviërs, die het land Joegoslavië wilden behouden. In 1992 braken verschillende fases van conflicten uit, in eerste instantie tussen de Serviërs en de Kroaten en Bosniakken, maar later dat jaar ook tussen Kroaten en Bosniakken onderling. De Bosnië-oorlog werd gekenmerkt door grof geweld, grootschalige verwoesting en etnische zuiveringen. De Serviërs waren in militair opzicht in het voordeel maar verloren uiteindelijk momentum toen de Kroaten en Bosniakken vanaf 1994 samen optrokken tegen de Serviërs. De NAVO greep in 1995 in met operatie Deliberate Force, in samenloop met een militaire missie van de Verenigde Naties. De oorlog werd op 21 november 1995 gestaakt met akkoorden getekend in Dayton, Ohio, de zogenoemde "Daytonakkoorden". Hierin werd het land opgedeeld in twee entiteiten, de Republika Srpska en de Federatie Bosnië-Herzegovina. De oorlog was het grootste conflict in Europa sinds de Tweede Wereldoorlog en verliep parallel aan andere conflicten waarbij Joegoslavië betrokken was.

Wegennet

Het wegennet van Bosnië-Herzegovina.

Bosnië-Herzegovina beschikte in 2020 over een netwerk van 9.110 kilometer weg, waaronder 4.237 kilometer hoofdwegen en 4.655 kilometer regionale wegen.[4] Vrijwel het complete netwerk van hoofdwegen en regionale wegen is verhard. Het wegennet is echter relatief beperkt ontwikkeld vanwege het bergachtige terrein en de relatief lage mate van ontwikkeling van het land. Het wegennet wordt gezien als één van de minst ontwikkelde op de Balkan, alhoewel met name sinds 2010 het wegennet op grotere schaal gemoderniseerd wordt en er meer autosnelwegen worden gebouwd.

Wegbeheer

Het wegbeheer in Bosnië-Herzegovina is belegd bij de entiteiten. Er zijn geen wegen die op nationaal niveau worden beheerd, deze situatie is enigszins vergelijkbaar met België. In beide entiteiten is een agentschap voor autosnelwegen en een agentschap voor de overige wegen.

In de entiteit Federatie Bosnië-Herzegovina is JP Ceste verantwoordelijk voor de hoofdwegen.[5] JP Ceste beheert alle M-wegen die in 2022 een gezamenlijke lengte van 2.241 kilometer hadden. De regionale wegen in FBiH worden beheerd door de kantons, vaak een 'Direkcija regionalnih cesta' genoemd. De beheerder van de autosnelwegen is JP Autoceste.[6]

In de entiteit Republika Srpska is Putevi RS (Путеви Републике Српске) verantwoordelijk voor de hoofdwegen.[7] De beheerder van de autosnelwegen is Autoputevi RS (Аутопутеви Републике Српске).[8] In de Republika Srpska zijn geen kantons, maar alleen gemeenten.

Het district Brčko heeft een eigen wegbeheerder, Putevi Brčko genaamd.[9]

Autosnelwegen en hoofdwegen in Bosnië-Herzegovina

Autoput Banja Luka - Doboj BC1


Autosnelwegen

Bosnië-Herzegovina heeft een in ontwikkeling zijnd snelwegennet. Vanwege het bergachtige terrein is de bouw van autosnelwegen vaak kostbaar en tijdrovend. Beide entiteiten ontwikkelen een netwerk van autosnelwegen dat aansluit op de eigen verkeers- en vervoersvraag, daardoor is er geen sprake van een coherent landelijk gepland netwerk van autosnelwegen.

De eerste autosnelweg was de omlegging van het dorp Ilidža van de M17, net buiten Sarajevo. Deze rondweg is op 10 augustus 2000 opengesteld, had 2x2 rijstroken en alle kruisende wegen waren ongelijkvloers, alhoewel de weg geen echte aansluitingen had. De weg had indertijd de status van autosnelweg, later is deze weer ingetrokken, waardoor het eerste deel van de A1 tussen Sarajevo en Podlugovi meestal als de eerste autosnelweg van het land wordt gezien, opengesteld in 2002.

De bouw van autosnelwegen nam later in de jaren 2010 een vlucht, met name in de Republika Srpska, maar ook in de Federatie Bosnië-Herzegovina. Projecten worden door deze entiteiten uitgevoerd. Met name Turkse en Chinese bouwbedrijven voeren deze wegenprojecten uit, de markt wordt getypeerd als niet transparant waarin met name in de Republika Sprska geen publieke aanbestedingen worden uitgevoerd. In 2023 werd geconcludeerd dat meer dan de helft van de projecten van meer dan € 25 miljoen door Chinese en Turkse bouwbedrijven worden uitgevoerd.[10] Bouwbedrijven uit de Europese Unie zijn weinig actief in Bosnië-Herzegovina.

Europese wegen

Bosnië-Herzegovina ligt nogal geïsoleerd, waardoor er geen belangrijke E-wegen door het land lopen. De belangrijkste is de E73, als verbinding vanaf Budapest naar de Adriatische Zee. Andere E-wegen zijn van regionaal karakter.

Europese wegen in Bosnië-Herzegovina

E65E73E661E761E762

Hoofdwegen

Zie Magistralni put (Bosnië-Herzegovina).

Regionale wegen

Zie Regionalni put (Bosnië-Herzegovina).

Tolwegen

De autosnelwegen in Bosnië-Herzegovina zijn tolwegen. De tol kan contant of met creditcards betaald worden. Er is ook een elektronische transponder als optie. Sinds 19 juni 2023 zijn de transponders van zowel Autoputevi RS (Republika Srpska) en JP Autoceste (Federatie Bosnië-Herzegovina) in beide entiteiten te gebruiken,[11] evenals in Servië.[12]

Bewegwijzering

Zie ook bewegwijzering in Bosnië-Herzegovina.

De Bosnische bewegwijzering kent groene borden met witte letters voor autosnelwegen, en blauwe borden met witte letters voor hoofdwegen. Op lokale wegen gebruikt men gele borden met zwarte letters, vergelijkbaar met de buurlanden. Voorheen bestonden er geen blauw-witte borden, en langs hoofdwegen zijn vaak nog oude geel-zwarte borden te vinden. Zeer lokale bestemmingen gebeuren met witte borden met zwarte letters. De Bosnische bewegwijzering toont overeenkomsten met die in Servië en Montenegro.

In het gehele land zijn alle nieuwe wegwijzers in 2 schriften: Het Latijnse schrift en het cyrillische schrift. In de (Moslim-Kroatische) Federatie staat de bestemming eerst in het Latijnse schrift en het cyrillische schrift daaronder, in de Republika Srpska is dat precies andersom.

Wegnummering

Bosnië-Herzegovina gebruikt nog deels de oude Joegoslavische wegnummering, het wordt nog gebruikt in de Federatie Bosnië-Herzegovina. Het huidige systeem is omstreeks 1980 geïntroduceerd, destijds met lettersuffixes. Omstreeks 1985 is het fractionele systeem ingevoerd, de M2b werd bijvoorbeeld de M2.2. De wegnummering kent fracties, waarbij aftakkingen met een punt en cijfersuffix worden aangegeven. M-nummers werden voorheen met een koppelstreepje aangegeven, maar recenter worden deze achterwege gelaten. De M-wegen zijn de belangrijke doorgaande wegen van het land. Er zijn ook regionale wegen, die vrijwel nooit op kaarten worden aangegeven en sporadisch bewegwijzerd worden. In de Federatie Bosnië-Herzegovina loopt de serie R4xx, van de zone 4 van het oude Joegoslavische systeem. Omstreeks 2005 zijn A-nummers ingevoerd voor autosnelwegen. Momenteel is alleen de A1 in gebruik. Het snelwegdeel van de M101 ten noorden van Banja Luka heeft als nummer A1 maar dat wordt in de praktijk niet gebruikt in tegenstelling tot het E-nummer. Het snelwegdeel van Banja Luka naar Doboj heeft als naam "9. januar", officieel de A2, maar ook dat nummer wordt in de praktijk niet gebruikt.

De stedelijke snelweg in Sarajevo heeft als nummer BC1 en is daarmee de enige genummerde brza cesta van het land.

Er lag sinds 20 maart 2014 een besluit om de wegen in de Federatie te hercategoriseren en te hernummeren[13]. Deze wijzigingen zouden ingaan op 15 november 2014, maar op 13 november 2014 is bekendgemaakt dat de uitvoering van het besluit uitgesteld werd tot 15 maart 2018.[14] Op 21 maart 2018 is besloten dat dit omvangrijke programma geen doorgang meer zal vinden.[15]

Tevens lag er sinds juli 2019 een voorstel om wegen in Srpska te hercategoriseren en om te nummeren. De verwachting was dat dit in augustus 2019 plaats zou moeten gaan vinden, op 31 oktober 2019 is dit besluit definitief doorgevoerd.[16]

Maximumsnelheden

wegtype Vmax

Externe links

Referenties

Wegen van Europa

AlbaniëAndorraArmeniëAzerbeidzjanBelarusBelgiëBosnië-HerzegovinaBulgarijeCyprusDenemarkenDuitslandEstlandFinlandFrankrijkGeorgiëGriekenlandHongarijeIerlandIJslandItaliëKazachstanKosovoKroatiëLetlandLiechtensteinLitouwenLuxemburgNoord-MacedoniëMaltaMoldaviëMonacoMontenegroNederlandNoorwegenOekraïneOostenrijkPolenPortugalRoemeniëRuslandSan MarinoServiëSloveniëSlowakijeSpanjeTsjechiëTurkijeVaticaanstadVerenigd KoninkrijkZwedenZwitserland

in cursief landen die deels in Europa liggen of met Europa geassocieerd worden