Bus op vluchtstrook
Bus-op-vluchtstrook is een maatregel die het mogelijk maakt dat bussen bij filevorming gebruik kunnen maken van de vluchtstrook. Dit is toegestaan voor lijndiensten in het geconcessioneerd openbaar vervoer, en voor besloten vervoer ten behoeve van werknemers en/of scholieren.
Rijkswaterstaat heeft sinds 2015 een afweegkader waarin is voorgeschreven welk proces moet worden doorlopen om te besluiten tot het instellen van een bus-op-vluchtstrook maatregel. Daarbij speelt de verkeersveiligheid een belangrijke rol. Daarnaast is er sprake van een uitvoeringsrichtlijn met betrekking tot de inrichting van dergelijke trajecten. Denk daarbij aan eisen op het gebied van openbare verlichting, pechhavens en bebording langs de weg.
In geval van bus-op-vluchtstrook krijgt een busmaatschappij een specifieke vergunning om op een traject gebruik te maken van de vluchtstrook. Daarbij mag de bus uitsluitend van de vluchtstrook gebruik maken als er daadwerkelijk sprake is van file. Als het verkeer rijdt, moet de bus gewoon weer invoegen. Belangrijke verkeersveiligheidsregels zijn dat de bus nooit sneller mag rijden dan 50 km/h (en bij smalle vluchtstroken zelfs langzamer), en dat het snelheidsverschil met het verkeer op de naastliggende rijstrook nooit meer dan 20 km/h mag bedragen.
Er zijn eisen aan de voertuigen die op de vluchtstrook worden toegelaten. Uit een pilot met vanpools bleek dat gewone automobilisten dan sneller geneigd zijn om ook over de vluchtstrook te rijden dan in de situatie met duidelijk herkenbare lijnbussen en touringcars. Daarom worden aanvragen voor vluchtstrookgebruik door taxibusjes of vanpools afgewezen.