Centraal-Afrikaanse Republiek

Uit Wegenwiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
République centrafricaine
Hoofdstad Bangui
Oppervlakte 622.984 km²
Inwonertal 5.455.000
Lengte wegennet 24.307 km
Lengte snelwegennet 0 km
Eerste snelweg nvt
Benaming snelweg nvt
Verkeer rijdt rechts
Nummerplaatcode RCA

De Centraal-Afrikaanse Republiek, afgekort "CAR" (Frans: République centrafricaine), is een land in het midden van Afrika. Het land telt 5,4 miljoen inwoners en is 15 keer zo groot als Nederland. De hoofdstad is Bangui.

Inleiding

Geografie

De Centraal-Afrikaanse Republiek is een binnenstaat in het binnenland van Afrika. Het land grenst kloksgewijs aan Tsjaad, Sudan, Zuid-Sudan, de Democratische Republiek Congo, de Republiek Congo en Kameroen. Het land meet maximaal 1400 kilometer van west naar oost en bijna 600 kilometer van noord naar zuid.

Het land bestaat grotendeels uit vlakke tot glooiende plateaus op circa 500 meter boven zeeniveau. Het landschap bestaat grotendeels uit savanne, met tropische regenwouden in het zuiden. De zuidgrens van het land wordt gevormd door de rivier de Oubangui, een zijrivier van de Congo. Het noordwesten kent wat hogere heuvels en lage bergen, de 1410 meter hoge Mont Ngaoui is het hoogste punt van de Centraal-Afrikaanse Republiek.

In het land heerst een tropisch klimaat met een regenseizoen en droog seizoen. De maximumtemperatuur in de hoofdstad Bangui ligt het hele jaar door tussen 30 en 34 °C. Er valt circa 1500 mm neerslag per jaar, met weinig neerslag van december tot februari en vrij veel neerslag in de andere maanden, met een piek in de periode van juli tot oktober.

Demografie

De Centraal-Afrikaanse Republiek is betrekkelijk dunbevolkt, het had slechts 1,2 miljoen inwoners in 1960 en 4,6 miljoen in 2016. Het land is maar beperkt verstedelijkt, de hoofdstad Bangui is met afstand de grootste stad en telt ruim 600.000 inwoners. Bimbo en Berbérati zijn de enige andere plaatsen met meer dan 50.000 inwoners.

Het is een divers land met meer dan 80 etnische groepen, die allemaal hun eigen taal hebben. De twee officiële talen van het land zijn het Frans en het Sango. Daarnaast zijn er creoolse talen ontwikkeld die als lingua franca gelden. Het Frans wordt vooral gebruikt voor schrijftaal, maar slechts ongeveer een kwart van de bevolking spreekt het ook. Bijna de hele bevolking beheerst het Sango.

Economie

De Centraal-Afrikaanse Republiek geldt als één van de minst ontwikkelde landen van de wereld. De economie is grotendeels informeel, het overgrote deel van de bevolking werkt in de landbouw voor de eigen voedselvoorziening. Er is nauwelijks industrie en op kleine schaal is er mijnbouw, diamanten zijn het voornaamste exportproduct van het land. De economie wordt beperkt door de gebrekkige infrastructuur en het tekort aan brandstof.

Geschiedenis

Het gebied dat nu de Centraal-Afrikaanse Republiek is, was eeuwenlang het thuisland van diverse inheemse stammen. In de 16e en 17e eeuw begon slavenhandel in het gebied plaats te vinden. Eind 19e eeuw stond het gebied onder bestuur van de Sudanese sultan. Europese kolonisatie begon pas laat, eind 19e eeuw, toen de race om Afrika begon. Dit waren vooral de Fransen, Duitsers en Belgen. In 1903 werd de Franse kolonie Ubangi-Shari opgericht. Vanaf 1920 werd het gebied bestuurd vanuit Brazzaville, als onderdeel van Frans Equatoriaal Afrika. In de jaren '20 en '30 werd een netwerk van wegen ontwikkeld voor het verbouwen van katoen. In 1960 werd het land onafhankelijk van Frankrijk en hernoemd naar de Centraal-Afrikaanse Republiek.

De rest van de 20e eeuw werd gekenmerkt door staatsgrepen en periodes van militair bestuur. Conflicten leidden tot de Bush War van 2003-2007. Hierna werd vrede bereikt, maar in 2012 brak opnieuw conflict uit. De Centraal-Afrikaanse Republiek blijft daarmee een instabiel land. De regering heeft niet de controle over het gehele grondgebied.

Wegennet

De nooit voltooide brug bij Mobaye over de Ubangi naar de D.R. Congo.

In 2007 had de Centraal-Afrikaanse Republiek officieel een wegennet van 24.307 kilometer, waarvan 5.376 kilometer routes nationales, 3.761 kilometer routes régionales en circa 15.000 kilometer pistes rurales.[1] Slechts 880 kilometer weg is daadwerkelijk verhard.

Het wegennet in de Centraal-Afrikaanse Republiek is extreem onderontwikkeld, het land heeft één van de meest onderontwikkelde wegennetten in Afrika, zelfs voor Sub-Sahara-standaarden is het wegennet extreem beperkt ontwikkeld. In de hoofdstad Bangui zijn vrijwel alle wegen onverhard. Transport verloopt dus moeizaam. Ook zijn er geen bruggen over de rivier de Ubangi, zodat wegtransport naar de Democratische Republiek Congo altijd via veerdiensten moet, voor zover die bestaan. In de Centraal-Afrikaanse Republiek zijn nog geen 2.000 personenauto's geregistreerd, en circa 1.600 vrachtwagens. Verkeersproblemen doen zich dan ook vrijwel niet voor - er is simpelweg vrijwel geen autoverkeer. Met name de wegen naar het noorden en oosten zijn in slechte toestand. Er zijn omvangrijke gebieden waar helemaal geen wegen lopen. Door de geïsoleerde ligging van de Centraal-Afrikaanse Republiek, het ontbreken van (goederen)spoorlijnen en andere transportmiddelen is het verkrijgen van brandstof vaak een lastige zaak.

Er zijn in wezen maar drie verharde wegen in de Centraal-Afrikaanse Republiek, namelijk de N1-N3 van Bangui tot de grens met Kameroen, met 590 kilometer het langste verharde traject, een 110 kilometer lang deel van de N6 tussen Bangui en Mbaïki en 180 kilometer van de N2 tussen Bangui en Sibut. Tussen 2001 en 2023 nam het verharde wegennet met slechts 55 kilometer toe.[2]

Er zijn geen grote bruggen in het land. Over de grote grensrivier de Ubangi zijn geen bruggen, alhoewel in de jaren '90 wel een brug is aangelegd bij Mobaye, die echter nooit voltooid is. Deze brug is gebouwd op een eveneens onvoltooide stuwdam in de Ubangi, die vanaf Congolese zijde werd aangelegd tot halverwege de rivier.

Routes nationales in de Centraal-Afrikaanse Republiek

N1N2N3N4N5N6N8N9N10N11


Geschiedenis

   route nationale
   geasfalteerd (status 2022)

De Centraal-Afrikaanse Republiek werd in 1960 onafhankelijk van Frankrijk. Het land was één van de minst ontwikkelde gebieden uit de koloniale tijd van Frankrijk, infrastructuur was er vrijwel niet. Aangezien het land niet aan zee ligt, is het van buitenlandse havens afhankelijk voor de import en export. De primaire havens waren in de jaren '60 Pointe-Noire in Congo en Douala in Kameroen. Vanwege het nauwelijks ontwikkelde wegennet ging export oorspronkelijk via een tijdrovende en dure route over de rivieren Ubangi, Congo en een spoorlijn. Deze route vereiste veel overslag en was inefficiënt.

Eind jaren '60 werd getracht een Trans-Equator Route te ontwikkelen, die vanaf N'Djamena in Tsjaad naar Pointe-Noire in de Republiek Congo liep, door het westen van de Centraal-Afrikaanse Republiek. Als onderdeel hiervan is tussen 1969 en 1972 de eerste langere route geasfalteerd, de hedendaagse N6 van Bangui naar Mbaïki. Een verdere verlenging door de dichte regenwouden van de Republiek Congo bleek al snel onpraktisch, daarna werd getracht een zuidelijke route naar Douala te ontwikkelen, ook via de N6, maar deze bleek ook niet haalbaar.

Het wegenbudget bedroeg begin jaren '70 minder dan $ 5 miljoen per jaar. In 1971 werd het wegenfonds opgericht, dat voornamelijk gefinancierd werd via brandstofaccijnzen. Midden jaren '70 werd slechts de helft van de belastingen op weggebruikers in het wegennet geïnvesteerd in projecten en onderhoud. Rond 1976 beschikte het land over ongeveer 300 kilometer geasfalteerde weg, een lengte dat in de 30 jaar erna nauwelijks zou toenemen. In de jaren '70 was er amper sprake van capabel personeel om verkeersprojecten uit te voeren, bijna alle verkeersprojecten in het land zijn door buitenlandse bedrijven ontworpen en uitgevoerd.

Later in de jaren '70 ging de focus meer uit naar het ontwikkelen van de noordelijke route naar Kameroen, via de N1 en N3. Eind jaren '70 is daarvan circa 150 kilometer van de N1 geasfalteerd van Bangui tot Bossembélé. De aansluitende N3 was gepland om ook snel te asfalteren, maar conflicten, instabiliteit en geldgebrek zorgde ervoor dat dit sterk vertraagd werd. Met Japanse steun is in de jaren '90 in drie fases de weg van Bossembélé tot Baoro verhard. Omstreeks 2013 is de weg ook tussen Bouar en de grens met Kameroen verhard.

Vanwege de instabiele situatie hebben de meeste NGO's zich teruggetrokken uit de Centraal-Afrikaanse Republiek en zijn er geen grote contracten voor wegenprojecten meer gegund na circa 2013, met uitzondering van een contract om het laatste deel van de N3 tussen Baoro en Bouar te asfalteren zodat in 2020 een doorgaand verharde weg van Bangui naar de grens met Kameroen ontstond. De N1-N3 maakten in 2020 ongeveer driekwart van alle geasfalteerde kilometers in het land uit.

Wegbeheer

Het wegbeheer is een taak van het Ministère de l'Economie, du Plan et de la Coopération Internationale.[3] Het wegennet wordt gefinancierd door het Fonds d'Entretien Routier (FER) en internationale ontwikkelingshulp. Het is onduidelijk in hoeverre het wegennet sinds 2012 nog beheerd wordt.

Wegnummering

In de Centraal-Afrikaanse Republiek is een wegnummering met routes nationales. Er is ook een wegklasse route régionale, maar deze zijn vermoedelijk niet daadwerkelijk genummerd.

Lijst van routes nationales

# No. Route Lengte
N1 Bangui - Bossangoa - Bembere - grens Tsjaad 498 km
N2 Bangui - Féré - Grimari - Bambari - Dimbi - Bangassou - Zémio - Obo - grens Zuid-Sudan 1.250 km
N3 Bossembelé - Yaloke - Baoro - Bouar - Baboua - Beloko - grens Kameroen 437 km
N4 Damara - Bongangolo - Bouca - Batangafo - Kabo - Moyenne Sido - grens Tsjaad 432 km
N5 Bambari - Ippy - Bria - Ouadda - Birao 690 km
N6 Bangui - Mbaïki - Boda - Carnot - Berbérati - Gamboula - grens Kameroen 600 km
N8 Sibut - Dekoa - Ndomete - Mbrès - Bamingui - N'Délé - Tiringoulou - Ouandja - Birao - Gnalida - grens Sudan 491 km
N9 Kongbo - Mobaye 65 km
N10 Berbérati - Nola 134 km
N11 Carnot - Baoro 94 km

Bewegwijzering

Bewegwijzering is vrijwel non-existent in de Centraal-Afrikaanse Republiek.

Referenties

  1. Transports | minplan-rca.org
  2. in de periode 2001-2023 is alleen de N3 tussen Baoro en Bouar verhard (2020)
  3. www.minplan-rca.org
Wegen van Afrika

AlgerijeAngolaBeninBotswanaBurkina FasoBurundiCentraal-Afrikaanse RepubliekComorenDemocratische Republiek CongoRepubliek CongoDjiboutiEgypteEquatoriaal GuineaEritreaEthiopiëGabonGambiaGhanaGuineaGuinea-BissauIvoorkustKaapverdiëKameroenKeniaLesothoLiberiaLibiëMadagaskarMalawiMaliMarokkoMauritaniëMauritiusMozambiqueNamibiëNigerNigeriaRwandaSão Tomé en PríncipeSenegalSeychellenSierra LeoneSomaliëSudanSwazilandTanzaniaTogoTsjaadTunesiëUgandaWestelijke SaharaZambiaZimbabweZuid-AfrikaZuid-Sudan