Flüelapass
| |
|---|---|
| Flüelapass | |
| |
| Hoogte | 2.383 m |
| Weg | H28 |
| Hellingspercentage | 10% |
| Verboden voor aanhangers? | ja |
| Wintersluiting | november - mei |
| Opengesteld | 1867 |
| Kaart | kaart |
De Flüelapass is een bergpas in Zwitserland, gelegen in het kanton Graubünden. De pas heeft een hoogte van 2.383 meter en is daarmee de op vier na hoogste van Zwitserland. Over de bergpas loopt de Hauptstrasse 28 van Davos naar Zernez.
Kenmerken
De Flüelapass is een noord-zuid georiënteerde bergpas, alhoewel het ook als een oost-west georiënteerde bergpas beschouwd kan worden. De pasroute vormt de scheiding tussen de Albula-Alpen in het westen en de Silvretta in het oosten. De pashoogte is ook de waterscheiding tussen de Rijn en Donau, de noordzijde watert via de Landwasser en Albula af naar de Rijn, terwijl de zuidzijde via de Inn afwatert naar de Donau.
De bergpas begint bij het dorp Susch op circa 1.400 meter boven zeeniveau in het Unterengadin. De weg loopt dan een zijdal in, waarna al snel de eerste haarspeldbochten volgen om naar 1.700 meter te stijgen. Daarna volgt een vrij lang recht deel van enkele kilometers door het dal, nog onder de boomgrens. De weg stijgt daarbij geleidelijk naar 2.100 meter hoogte. Vervolgens volgen weer twee haarspeldbochten en stijgt men boven de boomgrens uit. Daarna volgt een vrij eenvoudige rit naar de pashoogte.
De bergpas is aan de oostzijde vrij breed met 2 gemarkeerde rijstroken. Op de pashoogte bevinden zich een hotel en restaurant. Naast de bergpas ligt een klein meertje, de Schottensee. Het uitzicht is op de direct omringende woeste bergen, voornamelijk vergruisde rotsen. Naar het noorden ligt de Flüela Wisshorn met 3.085 meter hoogte. Naar het zuiden staat de Flüela Schwarzhorn die 3.146 meter hoog is. Daarna volgt een vrij eenvoudige afdaling naar Davos, dat op circa 1.600 meter hoogte ligt.
Geschiedenis
De bergpas is in 1867 aangelegd, in een tijd dat veel bergpassen zijn geopend in Graubünden. Later is de weg verbreed en gemoderniseerd en de pas geldt als één van de beter uitgebouwde passen tussen het Engadin en de rest van Graubünden.
Wintersluiting
Sinds de openstelling van de Vereina-treintunnel in 1999 wordt de Flüelapass niet meer opengehouden in de winter. Verkeer kan gebruik maken van de autotreinen van de Rhätische Bahn van Klosters Selfranga naar Sagliains.[1] De vereniging Pro Flüela is in 2000 opgericht om de Flüelapass gemiddeld 100 dagen per jaar langer open te houden, met een beoogde wintersluiting pas in de eerste week van januari, maanden later dan vergelijkbare passen.[2]
