Hanzeweg

Uit Wegenwiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Met Hanzewegen wordt gedoeld op historische wegen, uit de late middeleeuwen die Hanzesteden met elkaar verbonden.

Context

De bewuste wegen zijn nooit met dat doel ontstaan; het waren normale organisch ontstane zandwegen (hoofdartikel: Nederlandse wegen tot 1800). De term Hanzewegen komt eerder uit de wetenschap, waar historici hebben geprobeerd de economische geschiedenis van het Hanzegebied in kaart te brengen op basis van gegevens als reisverslagen, gegevens over markten en jaarbeurzen en de groei van plaatsen. Met name het werk van Friedrich Bruns en Hugo Weczerka Hansische Handelsstraßen uit 1962 heeft hier veel invloed gehad.[1]

De gedachte achter de term is dat, hoewel de groep Hanzesteden zelf relatief beperkt was, verplaatsingen over land tussen die steden behoorlijke invloed hebben gehad op de regio’s tussen de Hanzesteden in. Want de verplaatsing tussen twee Hanzesteden liep altijd langs andere plaatsen, waar men dan net zo goed op de markt kon handelen. En men had herbergen, veren, reparaties aan karren nodig. Aangezien de Hanze zich uitstrekte over een gebied tussen West-Vlaanderen en Novgorod in het huidige Rusland, gaat dat over een enorm gebied.[2]

Tegelijkertijd zijn omschrijvingen van Hanzewegen als “onderdeel van een oude handelsroute naar Rusland” overdreven. Het meeste handelsverkeer in de late middeleeuwen bleef veel dichter in de buurt. Dat de route met wat goede wil kan worden gezien als onderdeel van een netwerk dat liep tot in Rusland is even relevant als dat de moderne A1 door Overijssel deel uitmaakt van een netwerk van E-wegen dat doorloopt tot aan de grens met China.

Omdat Hanzewegen nooit met een doel zijn gebouwd, zoals Romeinse wegen, of zoals Hessenwegen aantoonbaar zijn ontstaan door een bepaald soort doorgaand verkeer, is het moeilijk wegen specifiek te duiden als Hanzeweg.

Hanzewegen in Nederland

Gepercipieerd is de Hanze binnen Nederland het meest invloedrijk geweest in Gelderland en Overijssel, waar langs de rivier de IJssel meerdere Hanzesteden lagen. De verbinding tussen deze steden zelf liep in principe via de rivier; als Hanzewegen zou men dan duiden de achterlandroutes Duitsland in. In deze zin kan men met name naar routes vanuit Deventer en Zutphen naar het oosten kijken als Hanzeroutes. Door de nabijheid van beide steden kwamen die routes overigens meestal al vrij vroeg bij elkaar. Lochem had deze rol, zoals het nu nog de splitsing is tussen N339 naar Deventer en N346 naar Zutphen.

Dit is overigens ook het deel van Nederland waar de Hessenwegen oost-west verliepen richting Duitsland. Er is concreet ook wat overlap aan te wijzen tussen de achterlandverbindingen van Zwolle, Deventer en Zutphen en de Hessenwegen. Maar uiteindelijk verliepen Hessenwegen zoveel mogelijk buiten de plaatsen, omdat de karren van de Duitse transporteurs daar niet gewenst waren. Hanzewegen waren juist wel steeds op de eerstvolgende marktplaats gericht.

De verbinding over land tussen Harderwijk en Arnhem -beide Hanzesteden- is als Hanzeweg geduid. Deze volgt de huidige N310, maar loopt tussen Stroe en Ermelo niet over huidige N-wegen. Ook andere historische wegen vanuit Nijmegen en Arnhem zouden technisch gezien als Hanzeweg kwalificeren. Doordat hier echter ook Romeinse wegen lagen en de zogenaamde Via Regia, zou men ze minder snel als Hanzeweg duiden.

Van een wat andere orde zijn de lange-afstandsroutes tussen de Noord-Duitse Hanzesteden Hamburg en Lübeck, en die in Vlaanderen, bekend als de Flämische Strasse. Deze route liep door Nederland: hij kwam het land binnen bij Denekamp, verliep over Deventer, Arnhem en Nijmegen richting Grave om vanaf daar door Noord-Brabant richting Antwerpen en Brugge te trekken.[3] Van de Flämische Strasse takte ook de Friesischer Heerweg af die in Groningen (ook Hanzestad) eindigde. Een andere belangrijke achterlandroute van Antwerpen en Brugge liep door Zuid-Limburg richting Aachen en Köln. Dat is de huidige N278. Omdat dit echter ook een achterlandroute van niet-Hanzegebieden in het huidige België en Noord-Frankrijk was, was het doorgaande handelsverkeer vermoedelijk minder op de Hanze gericht dan op de Flämische Strasse en andere handelsroutes verder noordelijk.

Modern wetenschappelijk onderzoek

Het onderzoek naar Hanzewegen in de economische geschiedenis wordt nog steeds gedaan. Meerdere universiteiten hebben onderzoeksprojecten lopen naar Hanze- en Hanzeweg-gerelateerde thema’s.

In samenhang met dat onderzoek is de oorspronkelijke atlas van Bruns en Weczerka gedigitaliseerd en aangevuld met recentere vindingen uit het veld. Dit is online gebracht met het project Viabundus, waar met kaarten geprobeerd is het reizen over land in de late middeleeuwen inzichtelijk te maken.

De Hanzewegen tegenwoordig

De achterlandroutes van voormalige Hanzesteden als Deventer en Zutphen zijn tegenwoordig voor het grootste deel onderdeel van het onderliggend wegennet. Doordat het relatieve belang van de steden zelf is afgenomen, zijn het ook niet de meest prominente secundaire wegen. Over de meeste ervan lopen echter wel N-nummers; de meeste ervan in het N3xx-segment.

Sommige van de Hanzewegen hebben in het auto-tijdperk geen enkel doorgaand belang meer. De weg Borculo-Groenlo, de Deventer Kunstweg, was rond 1850 nog een van de vroegere wegen in de regio die een grindweg werd, maar is tegenwoordig een gemeentelijke weg. Ook het verdere vervolg vanaf Groenlo, via Vreden naar Coesfeld en uiteindelijk Münster, loopt aan twee kanten van de grens over wegen met marginaal belang.

Omgekeerd kan men naar onderdelen van de oude landwegen van en naar de Vlaamse steden kijken als wegen die tegenwoordig onderdeel van het Nederlandse hoofdwegennet zijn. De route Tilburg-Grave over A65, A59 en A50 is nog redelijk identiek aan het verloop van de oude handelsroute. Hoewel deze eerder door de dorpen liep, waar de moderne autosnelweg daaromheen loopt, is zeker op de A65 en de A59 in zeer redelijke mate sprake van overlap tussen laatmiddeleeuwse handelsweg, 19e eeuwse Groote Weg en moderne hoofdroute. In andere gevallen loopt het moderne hoofdwegennet over grofweg dezelfde corridor, alleen niet over de historische handelsroute. Een voorbeeld daarvan is de route Maastricht-Aachen: historisch nam men de N278, tegenwoordig de noordelijker gelegen A79.

Zie verder

Viabundus

Referenties

  1. Hansische Handelsstrassen / Auf Grund von Vorarbeiten von Friedrich Bruns bearbeitet von Hugo Weczeka, Koln : Graz, Bohlau, 1962.
  2. Zie voor een inleiding: N. Petersen e.a., Digitale Werkzeuge zur Analyse von Straßen und Wasserwege als Rückgrat eines vormodernen Märktenetwerks in Zentral- und Ostmitteleuropa, 2020.
  3. A. de Mars e.a., Laatmiddeleeuwse en vroegmoderne lange-afstandswegen in Noord-Brabant, 2021.