Lettertypes bewegwijzering

Uit Wegenwiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Gebruikte lettertypen respectievelijk WF-E en WF-T (1952-1974). Auteur: B. van der Velden.

1894 tot 1975: op naar gestandaardiseerde lettertypen

Gestandaardiseerde lettertypen zoals we die nu kennen op de bewegwijzering in Nederland bestaan pas enkele decennia. De eerste ANWB-bewegwijzering tussen 1894 en 1932 bevatte verschillende vormen van letters en karakters. Veelal bestonden de teksten uit hoofdletters met redelijk simpele, rechte vormen. Belangrijkste was vooral dat de teksten gemakkelijk te schilderen waren, zoals destijds gebruikelijk.

In de jaren na de Tweede Wereldoorlog werden voorwegwijzers steeds vaker toegepast en ontstond er een meer gestandaardiseerd lettertype. Nog steeds waren er per bord verschillen in letters, maar er was reeds een duidelijke lijn te ontdekken. Rond 1952 werd het lettertype weer wat geoptimaliseerd en werd het uniformer toegepast. Het lettertype in deze vorm is gedigitaliseerd en komt binnenkort beschikbaar onder de naam WF-E.

Vanaf 1961 deden de inwendig verlichte wegwijzers (lichtwegwijzers en vanaf 1964 ook voorwegwijzers) hun intreden. Om overstraling door de interne verlichting te voorkomen werd een nieuw lettertype ontwikkeld, gebaseerd op het reeds gangbare schrift. Dit schrift werd ANWB-T genoemd, met de T van transparant. Ook dit lettertype is gedigitaliseerd en is binnenkort te verkrijgen onder de naam WF-T.

Deze lettertypes zijn toegepast tot ongeveer 1966-1974, toen het werd vervangen door het beter leesbare Amerikaanse schrift.

Van BPR Highway Gothic naar FHWA Interstate Series E(M) en ANWB-Ee

In de jaren '40 van de vorige eeuw is in de Verenigde Staten door het Bureau of Public Roads (BPR) een nieuw lettertype ontworpen speciaal voor gebruik in dynamische situaties, zoals op wegen. Dit werd Highway Gothic of Interstate genoemd, en vooral het E en E(M) schrift hebben in de wereld veel navolging gevonden, zo ook in Nederland.

In de Verenigde Staten werd BPR Highway Gothic als standaard ontworpen voor bewegwijzering, met tekens die zoveel mogelijk schreefloos waren en zonder nodeloze krullen, zodat het karakter zo min mogelijk "gesloten" elementen bevat. Deze ontwerpeigenschappen zijn van belang omdat bewegwijzering ook op grotere afstand in een bewegend voertuig goed leesbaar moet zijn. Proefondervindelijk bleek dat van de beschikbare series A t/m F de series E het beste leesbaar was.

Om de bewegwijzering bij nacht beter zichtbaar te maken kon men borden aanstralen met een verlichtingsarmatuur, echter veel bewegwijzering staat op plaatsen waar geen elektriciteit aanwezig is. In de jaren '50 en '60 van de vorige eeuw, toen retroreflecterende folies nog niet bestonden, heeft men de oplossing gezocht in zogenaamde "spikes". Deze nagels werden op een zodanige manier in de letters geslagen dat de spikes reflecteerden in het licht van de koplampen van naderende voertuigen. Om de letters individueel goed zichtbaar te houden was het noodzakelijk om de spatiëring (afstand tussen de karakters) te vergroten. Dit resulteerde in de aangepaste E-serie; de series E(Modified) oftewel E(M). Bijzonder was dat de leesbaarheid van dit schrift zoveel beter werd bevonden, dat de series E(M) tot standaard werd verheven, ook voor borden die niet van spikes werden voorzien. De opvolger van het BPR, de Federal HighWay Agency (FHWA), voert het lettertype BPR-Highway Gothic onder de naam FHWA-Interstate.

Vanaf 1966 kozen ANWB en Rijkswaterstaat voor het BPR-lettertype, vanaf dat moment ANWB genoemd. De Amerikaanse serie E(M) werd aangepast aan het Nederlandse metrische stelsel en vanaf dat moment ANWB-Ee genoemd. Bovendien werd rond 1974/1975 het Amerikaanse series C-alfabet overgenomen als ANWB-Cc. Decennialang was dit het uniforme schrift op de Nederlandse bewegwijzering.

Redesign en de ontwikkeling van ANWB-Uu

In 1997 gaf het toenmalige LOB (Landelijk Overleg Bewegwijzering) opdracht het Redesign (nieuw ontwerp bewegwijzering) te ontwikkelen voor alle wegwijzers in Nederland. De ANWB liet een studie naar redesign uitvoeren door de Nederlandse grafisch ontwerper Gerard Unger. Het resultaat was het schrift ANWB-Uu (met de U van Unger), dat in eerste instantie op de vernieuwde handwijzer-armen werd gebruikt. Verder bevatte redesign een groot aantal nieuwe en aangepaste symbolen, alsmede een open pijlvorm, in plaats van de vertrouwde hartkoppijlpunt.

De begeleiding van de uitwerking van het redesign vond plaats door een stuurgroep waarvan naast de ANWB ook wegbeheerders zoals Rijkswaterstaat deel uitmaakten. De uitwerking ervan is gepresenteerd in 2001 en het LOB keurde de uitwerking goed, behoudens enkele punten. Er bleken vijf punten te resulteren waarover Rijkswaterstaat anders dacht dan in het redesign was opgenomen. Na een bemiddelingspoging is verder overleg hierover niet meer gevoerd. Vervolgens is Rijkswaterstaat niet overgegaan tot invoering van redesign. Men bleef bij het Ee en Cc-schrift, waarvan men omwille van auteursrechten een eigen variant liet ontwikkelen. Naast ANWB-Ee en -Cc ontstonden RWS-Ee en -Cc.

Probleem met het in het kader van redesign ontworpen Uu-schrift is dat het tekort schiet bij hogere snelheden, vanwege de kleinere spatiëring en het gebruik van tekens die veel meer gesloten zijn dan hun voorgangers, zoals de letter g, en de cijfers 6, 8 en 9. De ANWB besloot om op grote schaal redesign te gaan plaatsen met het Uu-schrift, tegen de Richtlijn Bewegwijzering in. Bij de invoering van de nieuwe Richtlijn Bewegwijzering in 2005 moest worden geconstateerd dat er op het onderliggend wegennet veel bewegwijzering stond die niet conform de Richtlijn was, en de ANWB was niet van zins om de nieuwe Richtlijn na te leven.

Tezelfdertijd speelde in 2006 in het kader van het project Fileproof bij Rijkswaterstaat de gedachte dat bij het toepassen van staande, omhoog wijzende pijlen er bij splitsingen minder sprake zou kunnen zijn van congestie. Dit is uitgebreid beproefd op het gedeelte van de A12 tussen Duiven en knooppunt Velperbroek. Dit mondde uit in een nieuwe ontwikkeling voor de bewegwijzering op autosnelwegen, ook wel NBA genoemd.

Smallere versies van hetzelfde font versus aanspatiëren, en de ontwikkeling van RWS-Dd

Er zijn twee manieren waarop men in de breedte meer karakters op een paneel kwijt kan. De eerste manier betreft het kiezen van een font dat in zijn geheel smaller is. Bijvoorbeeld ANWB-Cc in plaats van ANWB-Ee, of Clearview 2 in plaats van Clearview 5, of DIN 1451-Engschrift in plaats van Mittelschrift. Probleem hierbij is dat borden met meerdere toegepaste schriften meestal minder goed lezen, wanneer het verschil tussen de smallere karakters en de bredere karakters te groot is.

De tweede manier betreft aanspatiëren. Hierbij wordt de spatiëring tussen de karakters geminimaliseerd. Het nadeel van de laatste methode is dat de leesbaarheid van de aangespatieerde tekst significant afneemt. Het gaat vooral om het kunnen vormen van een woordbeeld op een grotere afstand, ongeveer 400-500 meter stroomopwaarts van het bord.

Traditioneel vond nog vanuit de ANWB-tijd op het rijkswegennet aanspatiëring plaats. Rijkswaterstaat meende echter dat met een schriftvariant tussen Ee en Cc in aan de leesbaarheidsproblematiek tegemoet kon worden gekomen. Het in 2010 in opdracht van Rijkswaterstaat ontworpen schrift heet RWS-Dd. Dit lettertype wordt toegepast wanneer de beschikbare bordbreedte beperkt is. RWS-Dd is afgeleid van FHWA-Series D(M), dat evenals E(M) beschikt over een grotere spatiëring. RWS-Dd heeft een ruimtebeslag dat vergelijkbaar is met ANWB-Uu, is echter bij gelijke kapitaalhoogte beter leesbaar doordat voldaan is aan de eisen van open karakters met een goede spatiëring. RWS-Dd verschilt veel minder van Ee dan dat bijvoorbeeld bij DIN1451 het Engschrift van het Mittelschrift verschilt. Daardoor is het niet problematisch dat op één paneel zowel Ee als Dd worden toegepast.

Kapitaalhoogte en gebruikte fonts op het Onderliggend Wegennet

Op een bewegwijzeringsbord wordt een bepaalde letterhoogte gebruikt. Deze letterhoogte wordt ook wel de kapitaalhoogte genoemd en wordt uitgedrukt in de hoogte van de hoofdletter 'H'. Hoe hoger de maximumsnelheid op een weg, hoe hoger de kapitaalhoogte. In principe wordt de kapitaalhoogte 360mm gebruikt op autosnelwegen, en in principe niet kleiner dan 300mm. Afwijkingen komen echter voor als de situatie dat noodzaakt.

Op het onderliggend wegennet zijn in de Richtlijn bewegwijzering uit 2014 de series RWS-Ee, RWS-Dd en incidenteel RWS-Cc voorgeschreven. De kapitaalhoogte op het onderliggend wegennet is kleiner. Binnen de bebouwde kom zijn 110 en 140mm gebruikelijk. Buiten de bebouwde kom zijn dat 170, 200 en 240 mm. Op sommige rijksautowegen is 360 of 305 gebruikt in verband met de hogere rijsnelheden.

Tiresias Signfont

In een tweetal gemeenten, Almelo en Zoetermeer, heeft het bedrijf iRoute lokale bewegwijzering geplaatst. daarbij is gebruikgemaakt van het Tiresias Signfont. Het font Tiresias is ontworpen voor slechtzienden voor een situatie op papier. Het afgeleide Signfont is niet optimaal voor goedzienden in een dynamische omgeving als de auto.

Toegepaste schriften in Nederland

In Nederland zijn de volgende schriften en series aan te treffen:

  • RWS-Ee: op alle autosnelwegen op borden van na 2002. Daarnaast op borden van de provincies Overijssel en Zuid-Holland in de periode 2008-2013
  • ANWB-Ee: op alle bewegwijzeringspanelen tussen 1993 en 2002
  • RWS-Dd: op autosnelwegen na 2009, in plaats van gekernd Ee en op alle wegen van het onderliggend wegennet sinds 2014
  • RWS-Cc: op handwijzers van Rijkswaterstaat uit de periode 2003-2013
  • ANWB-Cc: op oudere handwijzers van voor 1997, en tot 1987 ook gebruikt op bewegwijzeringspanelen op het onderliggend wegennet.
  • ANWB-Uu: op alle door de ANWB tussen 1997 en 2013 geplaatste handwijzers en op alle door de ANWB tussen 2002 en 2013 geplaatste bewegwijzeringspanelen
  • Tiresias Signfont: op het stedelijk wegennet van de gemeenten Almelo en Zoetermeer, tussen 2008 en 2013.

Toegepaste schriften buiten Nederland

Buiten Nederland zijn diverse schriften in gebruik.

  • Caractères: Frankrijk
  • Clearview: Verenigde Staten (tussen 2004 en 2016), Indonesië
  • DIN 1451: o.a. Duitsland, Tsjechië, Hongarije (aangepast), Zuid-Afrika, Namibië, Rusland (voor zover Latijnse transcriptie)
  • Drogowskaz: Polen
  • Frutiger: Zwitserland
  • Hangil: Zuid-Korea
  • Interstate/Highway Gothic: Verenigde Staten (FHWA-Interstate), Australië, Nieuw Zeeland, vele Midden- en Zuid-Amerikaanse landen, Nederland en Spanje.
  • SNV: o.a. België, Zwitserland, Slovenië, Kroatië, Servië, Bulgarije, Roemenië
  • TERN: Oostenrijk, Slowakije, in Nederland op DRIPs
  • Trafikkalfabetet: Noorwegen
  • Transport: o.a. Groot-Brittannië, Spanje en Portugal en in afgeleide vorm ook in Denemarken en IJsland
  • Tratex: Zweden
  • Universal Grotesk: Tsjechië, Slowakije

Referenties


Vergelijking tussen de lettertypen en series

ANWB-Ee/RWS-Ee/FHWA-Interstate E(M).
RWS-Dd/FHWA-Interstate D(M).
ANWB-Uu.
ANWB-Cc/RWS-Cc/FHWA-Interstate C.
Tiresias.
Caracteres.
DIN 1451 (Mittelschrift).
Drogowskaz.
Frutiger.
SNV.
TERN.
Transport.
Tratex.
Universal Grotesk.