Oslo

Uit Wegenwiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Hoofdstad Oslo
Grootste stad Oslo
Oppervlakte 454 km²
Inwonertal 709.000
Lengte snelwegennet 47 km
Eerste snelweg 1962
Afkorting 3

Oslo is de hoofdstad van Noorwegen, gelegen in het zuidoosten van het land. De stad telt 709.000 inwoners en heeft een agglomeratie van 1.588.000 inwoners.

Inleiding

Oslo ligt aan de noordkant van het Oslofjord en is een apart district vergelijkbaar met een fylke. Het wordt begrensd door Akershus, Oppland en Buskerud. Het stedelijk gebied is vrij uitgestrekt, met een dichtbebouwde stedelijke kern en dunbebouwde buitenwijken en voorsteden. Het district Oslo omvat ook grote onbebouwde gebieden, met name in het noorden en zuidoosten. Daarentegen strekt het stedelijk gebied zich juist wel weer uit in de aangrenzende fylke Akershus. Oslo is één van de welvarendste steden ter wereld, maar heeft ook de hoogste kosten voor levensonderhoud, die echter wel weer in relatie tot het gemiddelde inkomen moet worden gezien, dat het hoogste van Europa is.

Oslo heette oorspronkelijk Christiana, later ook wel gespeld als Kristiana. De stad werd in 1925 hernoemd naar Oslo. Na de Tweede Wereldoorlog had Oslo ongeveer 125.000 inwoners, maar werd in 1948 samengevoegd met de gemeente Aker, die 27 keer zo groot was dan Oslo. Aker had destijds ongeveer 135.000 inwoners, de suburbanisatie was toen begonnen. Met de samenvoeging bevatte de gemeente Oslo uitgestrekte wildernis, met name ten noorden van de stad. Oslo had nadien ruim 400.000 inwoners en ruimte om nieuwe woonwijken buiten de oorspronkelijke stad te ontwikkelen. Dit gebeurde in hoog tempo in de jaren '50 en '60, met name in de vallei ten oosten van Oslo waar diverse grote flatwijken werden gebouwd.

Ten westen van Oslo ontwikkelde zich ook een groot suburbaan gebied in de gemeente Bærum, dit gebied was echter een stuk welvarender dan de oostelijke buitenwijken van Oslo. In de jaren '50 had Bærum slechts 40.000 inwoners, maar groeide naar 100.000 rond 2000 en bleef daarna groeien. Verder buiten Oslo ontwikkelden zich satellietsteden, zoals Lørenskog, Lillestrøm, Oppegård en Asker. Vanwege de geografie is het stedelijk gebied relatief uitgestrekt voor een agglomeratie van 1,5 miljoen inwoners, het meet bijna 50 kilometer van Asker naar Skedsmo en 30 kilometer van Ski naar Bærum.

Wegennet

Het wegennet van de regio Oslo.

Oslo is het belangrijkste knooppunt binnen het Noorse wegennet. Diverse E-wegen komen in Oslo samen. De E6 verloopt zuidwaarts naar Göteborg en noordwaarts naar Trondheim, de E16 verloopt noordwestwaarts naar Bergen en oostwaarts naar Gävle, de E18 verloopt zuidwestwaarts naar Kristianstad en oostwaarts naar Karlstad en de E134 uit Haugesund eindigt in Vassum, net ten zuiden van Oslo. Daarentegen komt er maar één primaire rijksweg (riksvei) in Oslo, de riksvei 4.

Autosnelwegen & autowegen

Het gros van de Noorse motorveier zijn in de ruime regio rond Oslo gelegen. Met name de E6 en E18 zijn over grotere afstanden als autosnelweg uitgevoerd. De Ring 3 verwerkt doorgaand en intersuburbaan verkeer rond Oslo. Kenmerkend aan het snelwegennet van de regio Oslo is dat deze in de stad zelf nogal substandaard is, met lage ontwerpeisen. De meeste van deze wegen hebben in Oslo zelf niet de status van motorvei. Veel autosnelwegen en autowegen voldoen niet aan hedendaagse minimumontwerpeisen, met een zeer krap wegprofiel, hebben bushaltes en voetpaden langs de weg en er zijn tal van substandaard ontworpen aansluitingen. Over het algemeen geldt dat hoe verder men van Oslo komt, de autosnelwegen beter uitgebouwd zijn. De meeste autosnelwegen tellen 2x2 rijstroken, 2x3 komt incidenteel voor op de E6.

In de stad Oslo zijn tal van korte tunnels, met name in de E18 en de Ring 3. De E18 loopt dwars door het centrum, echter grotendeels ondergronds. Oslo is een relatief goed bereikbare stad maar heeft wel meer congestie dan andere steden van deze omvang vanwege het substandaard ontwerp van het wegennet.

Lijst van autosnelwegen en autowegen in Oslo

# No. Route Lengte[1] opening max. verkeersintensiteit[2]
E6 Vinterbro - Oslo (Ring 3) 23 km 1962-2009 84.000
E6 Oslo (Ring 3) - Berger 20 km 1964-1972 106.000
E16 Isi - Sandvika (E18) 8 km 2009-2019 31.000
E18 Asker - Mosseveien 26 km 1961-2010 90.000
Riksvei 4 Trondheimsveien 7 km 195x-196x 35.000
Riksvei 159 Oslo (E6) - Lillestrøm 8 km 198x-1998 51.000
Riksvei 163 Østre Aker vei 10 km 196x-197x 31.000
Riksvei 190 Oslo (E18) - Oslo (Ring 3) 7 km 1972-2010 78.000

Hoofdwegennet

Oslo heeft drie ringwegen, de Ring 1 rond het centrum, de Ring 2 rond de stedelijke kern en de Ring 3 door de buitenwijken. Er is geen ringweg die echt buiten het stedelijk gebied loopt. Enkele hoofdwegen zijn wat beter uitgebouwd met ongelijkvloerse kruisingen, met name de Trondheimsveien (riksvei 4) en Østre Aker Vei (riksvei 163) in het oosten van Oslo. In het centrum zijn enkele korte tunnels, met name in de Ring 1.

Het stadswegennet bestaat grotendeels uit eenvoudige wegen met één rijstrook per richting en verkeerslichten. Er zijn weinig stadswegen met 2x2 rijstroken. In de noordelijke buitenwijken zijn meer hoogteverschillen, de hoogste wijken van Oslo liggen op 500 meter boven zeeniveau. Op de lage berg Tryvannshøyden (529 meter) is een skigebied.

Bypasses en ringwegen

Sinsenkrysset op de Ring 3, de aansluiting op Trondheimsveien (riksvei 4).

De stad Oslo heeft drie genummerde ringwegen; de Ring 1 rond het centrum, de Ring 2 rond de stedelijke kern en de Ring 3 door de buitenwijken. Echter alleen Ring 3 is hiervan een ongelijkvloerse stadsautoweg. Oslo heeft geen ringweg in de vorm van een autosnelweg. Notoir is de E6 als schakel voor doorgaand verkeer door het oosten van de stad, deze route is substandaard voor de hoeveelheid verkeer. Het is echter niet mogelijk om Oslo ruimer te bypassen via autosnelwegen.

Oost-westverkeer kan Oslo naar het zuiden bypassen via de Oslofjordtunnel, deze route is sinds 2017 onderdeel van de E134. Dit is echter geen autosnelweg, maar een relatief laagwaardige wegverbinding. Aan de noordkant van Oslo kan het verkeer de regio bypassen via de riksvei 350 tussen Hokksund en Hønefoss en de E16 van Hønefoss naar Gardermoen. Deze route wordt in de praktijk echter niet zo gebruikt, het grootste deel is een betrekkelijk laagwaardige weg. Deze combinatie wordt soms aangeduid als de 'Ring 4', maar is niet zo bewegwijzerd.

In de praktijk wordt de ondertunnelde E18 door het centrum nog het meest als bypass benut, via de Operatunnel. Dit is ook de drukste verbinding rond het centrum van Oslo.

Geschiedenis

De E18 verliep oorspronkelijk als autosnelweg tussen het centraal station en het operahuis, in 2010 is dit gebypasst met de Operatunnel, waarna de oude E18 gesloopt is en herontwikkeld is. Foto uit 2010.

De historische stad Oslo bestond grotendeels uit houten huizen en gebouwen, waardoor de stad telkens afbrandde. Toen de stad in 1624 opnieuw afbrandde werd besloten dat de oude stad niet herbouwd zou worden, maar een nieuwe stad gebouwd zou worden op basis van een grid. Dit is 'Kvadraturen', het huidige stadscentrum van Oslo, gebouwd in vierkante blokken. Kvadraturen is herhaaldelijk vernieuwd, waardoor Oslo relatief weinig historische gebouwen heeft. Nadat Christiana in 1814 de hoofdstad van Noorwegen werd, was het noodzakelijk om veel nieuwe gebouwen voor de huisvesting van de regering, overheidsinstellingen, instituten en het koninklijk huis te bouwen. Een groot deel van de historische bebouwing in het centrum van Oslo is gedurende de 19e eeuw gebouwd. In 1892 kreeg de stad elektrische straatverlichting. In 1894 werden elektrische trams geïntroduceerd.[3]

In 1929 werd 'Generalplanen' van Oslo vastgesteld, het werd ook wel 'van Christiana naar groot-Oslo' genoemd.[4] Het eerste landelijke wegenplan voor Noorwegen dat rekening hield met hoogwaardiger wegen dateert ook van 1929.[5] Hierin werden in de jaren '30 plannen gemaakt voor invalswegen van Oslo. Dit waren Oslo - Halden (met zijtak naar Ørje), Oslo - Kongsvinger en Oslo - Stavanger. Meer gedetailleerd in Oslo waren dit Drammesvegen, Trondheimsvegen, Mossevegen en Strømsvegen. De bouw hiervan begon in 1938-1939. Al eerder, ten tijde van de economische depressie, werd door de gemeente Noorwegen een aanvang gemaakt met moderne wegen, één van de meest prominente projecten was de bouw van Trondheimsvegen (riksvei 4) als dubbelbaans weg in de periode 1932-1936 in het noordoosten van de stad, tot Sinsen.

In 1950 werd een nieuw stadsontwikkelingsplan voor Oslo vastgesteld.[6] Dit voorzag in de bouw van grootschalige nieuwbouwwijken in het oosten van Oslo. Eind jaren '50 werd al gebouwd aan Trondheimsvegen in de oostelijke uitbreidingswijken van Oslo. Deze weg werd met 2x2 rijstroken aangelegd en was indertijd de belangrijkste invalsweg van Oslo vanuit het oosten, maar was niet ontworpen als autosnelweg. Deze weg is minstens 10 jaar ouder dan de E6 in het oosten van Oslo.

Er zijn weinig exacte data bekend van de geschiedenis van de autosnelwegen in en rond Oslo. Eén van de eerste delen die werden opengesteld was een circa 2 kilometer lang deel van de Ring 3 aan de oostzijde van de stad, circa 1962. In 1964 opende de eerste volwaardige motorvei van Noorwegen, namelijk de E6 ten noordoosten van de stad, tussen Kvam en Berger. De meeste snelwegdelen aan de oostkant en zuidoostkant van Oslo zijn tussen 1965 en 1975 aangelegd. Ook de Ring 3 bestond al begin jaren '60, maar was pas in 1999 volledig ongelijkvloers gemaakt met de bouw van tunnels. Delen van de E18 in Bærum waren ook in 1962 al met 2x2 rijstroken voorzien. Ook de E18 ten westen van het centrum bestond al in de huidige vorm in de eerste helft van de jaren '60, dus inclusief ongelijkvloerse kruisingen.

In 1986 is het agentschap Fjellinjen opgericht om met tolheffing projecten uit te voeren. Het eerste tolgefinancierde project was de bouw van de Festningtunnel van de E18 in het centrum in 1990. In 1992 werd de Granfosstunnel van de Ring 3 in gebruik genomen.

Oorspronkelijk was de stad Oslo slecht ontsloten. Ring 3 was nog gelijkvloers, er was veel doorgaand verkeer door het centrum en verbindingen binnen de stedelijke agglomeratie waren substandaard. De invalswegen van Oslo waren beter uitgebouwd dan de ringwegen. De invalswegen van de E6 uit het zuiden en noordoosten en de E18 uit het westen sloten niet hoogwaardig op elkaar aan.[7] In 1987-1988 werd de Vålerengtunnel opengesteld als verbinding tussen het centrum en de E6 richting oosten. In 1990 opende de zesstrooks Festningstunnel onder het centrum van Oslo. Hiermee werd het centrum van Oslo al aanzienlijk autoluwer. In 1995 opende de Ekebergtunnel, zodat verkeer vanaf het oosten op de E18 door het centrum aangesloten werd en volledig ongelijkvloers afgewikkeld werd. Deze werd later onderdeel van de grotere Svartdalstunnel.

In 1998 werd de luchthaven van Oslo verplaatst van Fornebu naar Gardermoen. Fornebu is een schiereiland in het Oslofjord in Bærum, net ten westen van Oslo. Gardermoen ligt circa 40 kilometer ten noordoosten van Oslo, waar het secundaire vliegveld is uitgebouwd tot de primaire luchthaven van Oslo. Fornebu is daarna herontwikkeld als modern stadsdeel.

Pas sinds 1999 is de Ring 3 volledig ongelijkvloers. Op 20 augustus 2000 opende de Svartdalstunnel in het oosten van Oslo, waarmee het centrum vanaf de E6 uit het zuiden snel bereikbaar was. Op 20 september 2010 opende de Operatunnel, waar de E18 doorheen loopt. Sindsdien heeft een oud deel van de E18 aan de oostkant van het centrum zijn functie verloren en is nadien gesloopt en herontwikkeld als de nieuwbouwwijk Bjørvika, inclusief het Oslo Opera House, waar de Operatunnel naar vernoemd is. In 2016 voerde de stad Oslo een verbod op dieselauto's tijdens de winter op gemeentelijke wegen in.[8]

Tol

Zie ook tolwegen in Noorwegen.

Rondom Oslo is een tolcordon. Feitelijk zijn er drie aparte tolcordons, namelijk rond het centrum van Oslo (Indre Ring), rond de stad Oslo (Osloringen) en op de gemeentegrens (Bygrensen). De tolcordons Osloringen en Indre Ring vallen wel grotendeels samen. De tolheffing is volledig automatisch met AutoPASS. Bestuurders zonder AutoPASS krijgen de rekening thuisgestuurd, dit geldt ook voor buitenlandse bestuurders.

Sinds 2 februari 2008 is het tolcordon volledig elektronisch. Van de tolinkomsten worden zogenaamde pakketten gefinancierd. De eerste hiervan was het Oslopakke 1, waar de tunnels van de E18 in het centrum van betaald zijn. Oslopakke 2 werd tussen 2002 en 2011 uitgevoerd en had als voornaamste doel het subsidiëren van het openbaar vervoer. Oslopakke 3 liep oorspronkelijk van 2011 tot 2019 en was weer wat meer gericht op investeringen in het wegennet, in tegenstelling tot Oslopakke 2 waarvan geen enkel deel van de tolinkomsten naar weginfrastructuur ging. In 2016 is Oslopakke 3 verlengd tot 2036.[9]

De toltarieven in Oslo waren vanaf 1 oktober 2017 variabel naar tijd en brandstofsoort.[10] Daarvoor gold een vast tarief van 35 kronen in Oslo en 17,50 kronen in Bærum. Met een abonnement kon men 10% korting krijgen.[11] Met een abonnement is het aantal keren dat men tol betaalt gemaximeerd op 60 per maand en maximaal één keer per uur (deze regel geldt in Oslo en Bærum apart).

Sinds 2018 mogen Oslo en Akershus in periodes van slechte luchtkwaliteit de toltarieven tijdelijk verhogen om autoverkeer te weren. Zij mogen de tarieven maximaal verdrievoudigen. Dat betekent dat in de spits het tarief kan oplopen tot 177 NOK (€ 18).[12] Onduidelijk is hoe vaak dit voorkomt, de luchtkwaliteit in Oslo is substantieel verbeterd sinds de jaren 2010.[13]

Per 1 juni 2019 is het tolsysteem significant gewijzigd, er zijn sindsdien 3 tolcordons met in totaal 9 tolzones, waarbij de twee binnenste tolcordons ook in twee richtingen tol heffen. Het aantal tolstations is toen met 54 stuks uitgebreid. De prijzen per tolstation gingen omlaag, maar daar staan meer tolplichtige passages tegenover.[14] Sinds 1 juni 2019 is er ook een milieu-gedifferentieerde en tijdsvariabele heffing op alle 3 tolcordons en gingen elektrische voertuigen ook tol betalen. Ook ging de korting met een AutoPASS dan omhoog van 10 naar 20%. Per 1 september 2022 werden de toltarieven van de verschillende cordons gelijk getrokken, waarbij de tarieven stukken hoger werden.

Vanwege de tolcordons is Oslo een dure stad om te autorijden, omdat voor veel verplaatsingen een tolstation gepasseerd wordt. Het tolcordon brengt jaarlijks circa 4 miljard kronen op. Gemiddeld zijn er 1,2 miljoen tolplichtige passages per dag.

Toltarieven

De riksvei 163 / Østre Aker vei.

Op de Indre Ring en Osloring moet verkeer in beide richtingen tol betalen. Op de stadsgrens betaalt men alleen richting Oslo. In 2023 waren er 83 tolpunten.

Er geldt een uurregel (timesregel), dit betekent dat bij een passage van de Indre Ring en Osloring, of op de stadsgrens, maar één keer betaald hoeft ten worden ook al worden meerdere tolpunten per uur gepasseerd. Sinds 1 september 2023 geldt dit ook voor automobilisten die geen AutoPASS abonnement of transponder hebben.[15] Bij een rit vanaf de voorsteden naar het centrum moet verkeer dan wel twee keer betalen (Indre Ring en Osloring, en apart de stadsgrens). Daarnaast geldt een maximaal aantal tolpassages per maand, sinds 1 juni 2019 betalen automobilisten voor maximaal 60 passages op de stadsgrens of 120 passages op de Indre Ring en Osloring.

Onderstaande tarieven zijn zonder een AutoPASS abonnement.

locatie en tijd benzine diesel elektrisch
Indre Ring, buiten spits 29 kr 33 kr 14 kr
Indre Ring, tijdens spits 35 kr 38 kr 17 kr
Osloring, buiten spits 29 kr 33 kr 14 kr
Osloring, tijdens spits 35 kr 38 kr 17 kr
Stadsgrens, buiten spits 29 kr 33 kr 14 kr
Stadsgrens, tijdens spits 35 kr 38 kr 17 kr

Oude toltarieven

Per 1 juli 2018 golden de volgende tarieven:[16]

locatie en tijd benzine diesel elektrisch
Oslo buiten de spits 45 kr 50 kr 0 kr
Oslo tijdens de spits 55 kr 60 kr 0 kr
Bærum 18 kr 18 kr 0 kr

Congestie

Oslo is een relatief filegevoelige stad, voornamelijk veroorzaakt door het slecht uitgebouwde wegennet. De knooppunten zijn substandaard ontworpen en autosnelwegen hebben weinig capaciteit gezien de omvang van de bevolking. In 2016 stond Oslo op plek 81 van meest filegevoelige steden ter wereld en 52e in Europa, met een congestion level van 30% in de TomTom Traffic Index.[17] In 2022 stond Oslo op plaats van 60 van 225 steden in Europa. Oslo is hiermee beduidend meer filegevoelig dan Nederlandse steden, in dat jaar waren de hoogst genoteerde Nederlandse steden op plaats 130, 147, 166 en 169 van 225 Europese steden.

Verkeersintensiteiten

Het drukste telpunt in de regio Oslo is de E6 in het oosten van Oslo met 106.000 voertuigen per dag, gevolgd door de E18 ten westen van de Ring 3 met 90.000 voertuigen. De E6 door de wijk Manglerud verwerkte 71.000 voertuigen en de Svartdalstunnel tussen de E6 en E18 verwerkt 28.000 voertuigen. Door de Operatunnel in de E18 rijden zo'n 75.000 voertuigen en 72.000 voertuigen onder het centrum. Ten westen van het centrum reden 75.000 voertuigen over de E18, stijgend naar 88.000 voertuigen in de wijk Skøyen. De Ring 3 verwerkte zo'n 60.000 - 70.000 voertuigen op het oostelijk en noordelijk deel en 30.000 tot 50.000 voertuigen op het westelijk deel.

Opvallend in de regio Oslo is de zeer hoge verzadigingsgraad van het hoofdwegennet. Vrijwel alle snel- en expresswegen hebben een (significant) suboptimaal alignement en dan zijn intensiteiten tussen 70.000 en 90.000 voertuigen op 2x2 rijstroken zeer hoog. Het enige voordeel van de regio is het relatief geringe aandeel vrachtverkeer.

Referenties

Fylker in Noorwegen

AgderAkershusBuskerudInnlandetMøre og RomsdalNordlandOsloRogalandSvalbardTromsFinnmarkTrøndelagTelemarkVestfoldVestlandØstfold