Route 10 (Estland)

Uit Wegenwiki
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Põhimaantee 10
Begin Risti
Einde Kuressaare
Lengte 144 km
Route

→ Tallinn / Haapsalu

Lihula

Virtsu


via veerdienst

Orissaare

Kuressaare

De Põhimaantee 10 is een hoofdweg in Estland. Alhoewel de weg het nummer van een Tugimaantee heeft, is de weg geclassificeerd als Põhimaantee. De weg verbindt het westen van Estland met Kuressaare op het eiland Saaremaa. De weg is 144 kilometer lang.

Routebeschrijving

De Põhimaantee 10 op Saaremaa.

Bij het dorp Risti begint de Route 10 op een kruispunt met de Route 9, die vanuit Tallinn komt en naar Haapsalu loopt. De Route 10 loopt door bebost gebied naar het zuidwesten, en komt vrijwel geen plaatsen tegen. Men kruist alleen enkele regionale wegen. Bij het havenplaatsje Virtsu verloopt de Route 10 via de veerdienst naar het eiland Muhu. De weg telt overal 1x2 rijstroken en is een redelijk snelle route door het gebrek aan kruispunten en bebouwde kommen. Op het eiland Muhu loopt de Route 10 slechts kort, men steekt via een causeway een zeestraat over naar het eiland Saaremaa. De weg loopt in zuidwestelijke richting over dit beboste eiland tot aan de hoofdplaats Kuressaare, dat 15.000 inwoners telt en erg toeristisch is.

Geschiedenis

De Väinatamm, de causeway tussen de eilanden Muhu en Saaremaa is op 27 juli 1896 opengesteld. De dam maakt het mogelijk een flink stuk van de zee te vermijden tussen het vasteland en het eiland Saaremaa.

Ten tijde van de Sovjetunie was het deel op het vasteland tussen Risti en Virtsu als de A-207 genummerd. Vermoedelijk begin jaren '80 is de weg ter hoogte van Lihula omgelegd.

Toekomst

Al jaren wordt er gesproken over een brugverbinding naar het eiland Saaremaa. De zeestraat is hier 7 kilometer breed. Een dergelijke brugverbinding kost € 175 miljoen en moet rond 2014 gebouwd worden. Een tunnelvariant wordt ook overwogen, maar zal waarschijnlijk te duur uitvallen. Circa 300.000 toeristen bezoeken het eiland jaarlijks. De huidige veerdienst doet er 30 minuten over van Virtsu naar Humu. Circa 1.300 voertuigen en 3.600 passagiers gebruiken de veerdienst dagelijks, met een groei van 10% per jaar.

In 1997 is een commissie opgezet die het plan moest gaan coördineren. In 2000 werd een voor-haalbaarheidsonderzoek uitgevoerd met hulp van Finse en Noorse experts. Hieruit bleek dat een vaste verbinding economisch haalbaar was. In 2005 werd opnieuw een studie uitgevoerd door een Deens bedrijf, waaruit bleek dat een vaste verbinding technisch en economisch haalbaar is.

De varianten gaan uit van een 7,5 kilometer lange tuibrug, een 6,5 kilometer lange cantileverbrug of een geboorde tunnel. De tunnelvariant is met € 327 miljoen twee keer zo duur als de brugvarianten. De bouwtijd is circa 3 jaar. Er wordt gerekend op een tol van € 7 per passage tot het jaar 2030. Tevens kan er geld bespaard worden op de subsidie van de veerdienst, omdat door het toenemende verkeer de subsidies veel sneller gaan stijgen dan de inkomsten uit veertickets. Tegen 2040 zal de veerdienst voor de overheid duurder uitvallen dan een brug. Vanuit milieuoogpunt is de brug ook milieuvriendelijker, daar één enkele passage van de veerboot al evenveel uitstoot als het gehele verkeer over de brug in één dag.[1]

Verkeersintensiteiten

Dagelijks rijden 2.500 tot 3.500 voertuigen over het deel op het vasteland en 2.800 tot 5.000 voertuigen tot aan Kuressaare op het eiland Saaremaa.[2]

Referenties

Hoofdwegen in Estland