Modal shift: verschil tussen versies

Naar navigatie springen Naar zoeken springen
539 bytes verwijderd ,  29 okt 2016
geen bewerkingssamenvatting
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 19: Regel 19:
==Concurrentie OV en auto==
==Concurrentie OV en auto==


Uit diverse studies blijkt dat er vrijwel geen concurrentie bestaat tussen OV en auto. Groei van OV bestaat voornamelijk uit nieuwe reizigers en niet uit voormalige automobilisten. Tussen 2000 en 2012 steeg het aantal reizigerskilometer per trein met 19%. 0% van deze groei was het resultaat van congestie op het hoofdwegennet, ondanks een toename van de files met 55% tussen 2000 en 2008.<ref>[http://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ienm/documenten-en-publicaties/rapporten/2013/10/29/kim-rapport-mobiliteitsbalans-2013.html KiM-rapport Mobiliteitsbalans 2013 p41 | rijksoverheid.nl]</ref> In de jaren '90 zijn een aantal grote OV-projecten geëvalueerd waaruit blijkt dat deze vrijwel geen effect op het autogebruik hebben gehad.<ref>[http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer%5B2%5D.html Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer | rijksoverheid.nl]</ref> Dit komt omdat 90% van de verplaatsingen plaatsvindt op relaties met een groot verschil in reistijd tussen de auto en OV.<ref>[http://www.rijksoverheid.nl/bestanden/documenten-en-publicaties/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer%5B2%5D/hetscheidenvandemarkt.pdf Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p54) | rijksoverheid.nl]</ref> Het deel van de autoreizen waarvoor het OV een in reistijd vergelijkbaar alternatief biedt (die reizen waarbij het OV maximaal 1,5 maal langzamer is dan de auto), beperkt zich tot enkele procenten.<ref>[http://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ienm/documenten-en-publicaties/rapporten/2013/10/29/kim-rapport-mobiliteitsbalans-2013.html KiM-rapport Mobiliteitsbalans 2013 p39 | rijksoverheid.nl]</ref> Alleen op lange afstanden is het reistijdverschil tussen OV en auto gunstig, maar dit is maar een klein aandeel van alle verplaatsingen per auto.
Uit diverse studies blijkt dat er vrijwel geen concurrentie bestaat tussen OV en auto. Groei van OV bestaat voornamelijk uit nieuwe reizigers en niet uit voormalige automobilisten. Tussen 2000 en 2012 steeg het aantal reizigerskilometer per trein met 19%. 0% van deze groei was het resultaat van congestie op het hoofdwegennet, ondanks een toename van de files met 55% tussen 2000 en 2008.<ref>[http://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ienm/documenten-en-publicaties/rapporten/2013/10/29/kim-rapport-mobiliteitsbalans-2013.html KiM-rapport Mobiliteitsbalans 2013 p41 | rijksoverheid.nl]</ref> In de jaren '90 zijn een aantal grote OV-projecten geëvalueerd waaruit blijkt dat deze vrijwel geen effect op het autogebruik hebben gehad.<ref>[https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer | rijksoverheid.nl]</ref> Dit komt omdat 90% van de verplaatsingen plaatsvindt op relaties met een groot verschil in reistijd tussen de auto en OV.<ref>[https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p54) | rijksoverheid.nl]</ref> Het deel van de autoreizen waarvoor het OV een in reistijd vergelijkbaar alternatief biedt (die reizen waarbij het OV maximaal 1,5 maal langzamer is dan de auto), beperkt zich tot enkele procenten.<ref>[http://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ienm/documenten-en-publicaties/rapporten/2013/10/29/kim-rapport-mobiliteitsbalans-2013.html KiM-rapport Mobiliteitsbalans 2013 p39 | rijksoverheid.nl]</ref> Alleen op lange afstanden is het reistijdverschil tussen OV en auto gunstig, maar dit is maar een klein aandeel van alle verplaatsingen per auto.


Voorbeelden;<ref>[http://www.rijksoverheid.nl/bestanden/documenten-en-publicaties/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer%5B2%5D/hetscheidenvandemarkt.pdf Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p51) | rijksoverheid.nl]</ref>
Voorbeelden;<ref>[https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p51) | rijksoverheid.nl]</ref>


* De Amstelveenlijn heeft reistijdwinsten van 30 - 50% opgeleverd, maar het aandeel auto op deze verbinding bleef ongewijzigd.
* De Amstelveenlijn heeft reistijdwinsten van 30 - 50% opgeleverd, maar het aandeel auto op deze verbinding bleef ongewijzigd.
Regel 27: Regel 27:
* Flevospoorlijn Amsterdam-Almere: tot 20 minuten reistijdwinst. Ongeveer 10% van de automobilisten stapt over op de trein, maar 25% van de voormalige busreizigers gaat over op de auto. Per saldo is het aandeel OV ongewijzigd.
* Flevospoorlijn Amsterdam-Almere: tot 20 minuten reistijdwinst. Ongeveer 10% van de automobilisten stapt over op de trein, maar 25% van de voormalige busreizigers gaat over op de auto. Per saldo is het aandeel OV ongewijzigd.
* Openstelling Zuidtak Amsterdam: reistijdwinsten tot meer dan 30 minuten, 3% van de reizigers op de Zuidtak reisde voorheen met de auto, 95% gebruikte eerder OV.
* Openstelling Zuidtak Amsterdam: reistijdwinsten tot meer dan 30 minuten, 3% van de reizigers op de Zuidtak reisde voorheen met de auto, 95% gebruikte eerder OV.
* Tussen 1995 en 2004 is het aanbod stads- en streekvervoer in Vlaanderen met 60% gegroeid, met een sterke groei van het OV-gebruik, maar weinig tot geen effect op het autogebruik.<ref>[http://www.rijksoverheid.nl/bestanden/documenten-en-publicaties/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer%5B2%5D/hetscheidenvandemarkt.pdf Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p53) | rijksoverheid.nl]</ref>
* Tussen 1995 en 2004 is het aanbod stads- en streekvervoer in Vlaanderen met 60% gegroeid, met een sterke groei van het OV-gebruik, maar weinig tot geen effect op het autogebruik.<ref>[https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p53) | rijksoverheid.nl]</ref>


==Transit-Oriented Development==
==Transit-Oriented Development==
Regel 35: Regel 35:
==Factoren modal shift==
==Factoren modal shift==


Uit onderzoek blijkt dat de factor reistijd weinig bepalend is voor een modal shift van de auto naar openbaar vervoer. 90% van de autoreizen duurt met het OV twee maal zo lang, ook in de spits.<ref>[http://www.cpb.nl/persbericht/329154/reistijd-van-deur-tot-deur-kritische-succesfactor-openbaar-vervoer-ov Reistijd van deur tot deur kritische succesfactor Openbaar Vervoer (OV) | cpb.nl]</ref> Het aandeel [[keuzereiziger]]s in het openbaar vervoer is gering. Het openbaar vervoer heeft een groter aandeel op langere reizen naar de grote steden, maar dit is maar een klein aandeel op het totaal aantal verplaatsingen. Het aandeel OV is dan ook het laagst op korte afstanden, en het grootst op lange afstanden, variërend van 1,3% op verplaatsingen minder dan 5 kilometer tot 21,6% op verplaatsingen van meer dan 50 kilometer. Echter het aandeel van verplaatsingen in deze klassen zijn juist het hoogst, respectievelijk het laagst.<ref>[http://www.rijksoverheid.nl/bestanden/documenten-en-publicaties/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer%5B2%5D/hetscheidenvandemarkt.pdf Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p56) | rijksoverheid.nl]</ref> Files spelen zich voornamelijk af bij autoverplaatsingen tussen 10 en 30 kilometer, een categorie waar de reistijdverhouding tussen auto en OV erg ongunstig is.<ref>[http://www.rijksoverheid.nl/bestanden/documenten-en-publicaties/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer%5B2%5D/hetscheidenvandemarkt.pdf Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p57) | rijksoverheid.nl]</ref> Bij een autorit van 20 minuten waar 15 minuten extra reistijd door files noodzakelijk is blijft het reistijdsverschil tussen auto en OV een factor 3.<ref>[http://www.rijksoverheid.nl/bestanden/documenten-en-publicaties/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer%5B2%5D/hetscheidenvandemarkt.pdf Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p65) | rijksoverheid.nl]</ref>  
Uit onderzoek blijkt dat de factor reistijd weinig bepalend is voor een modal shift van de auto naar openbaar vervoer. 90% van de autoreizen duurt met het OV twee maal zo lang, ook in de spits.<ref>[http://www.cpb.nl/persbericht/329154/reistijd-van-deur-tot-deur-kritische-succesfactor-openbaar-vervoer-ov Reistijd van deur tot deur kritische succesfactor Openbaar Vervoer (OV) | cpb.nl]</ref> Het aandeel [[keuzereiziger]]s in het openbaar vervoer is gering. Het openbaar vervoer heeft een groter aandeel op langere reizen naar de grote steden, maar dit is maar een klein aandeel op het totaal aantal verplaatsingen. Het aandeel OV is dan ook het laagst op korte afstanden, en het grootst op lange afstanden, variërend van 1,3% op verplaatsingen minder dan 5 kilometer tot 21,6% op verplaatsingen van meer dan 50 kilometer. Echter het aandeel van verplaatsingen in deze klassen zijn juist het hoogst, respectievelijk het laagst.<ref>[https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p56) | rijksoverheid.nl]</ref> Files spelen zich voornamelijk af bij autoverplaatsingen tussen 10 en 30 kilometer, een categorie waar de reistijdverhouding tussen auto en OV erg ongunstig is.<ref>[https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p57) | rijksoverheid.nl]</ref> Bij een autorit van 20 minuten waar 15 minuten extra reistijd door files noodzakelijk is blijft het reistijdsverschil tussen auto en OV een factor 3.<ref>[https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p65) | rijksoverheid.nl]</ref>  


Tevens blijkt dat parkeertarieven, parkeerruimte en zoektijd voor parkeerruimte een groter effect heeft op de modal shift van auto naar OV, dan het verbeteren van de reistijden van het OV zelf. Dit komt omdat het aandeel rijtijd met het OV op de totale tijd die de verplaatsing in beslag neemt relatief beperkt is.<ref>[http://www.rijksoverheid.nl/bestanden/documenten-en-publicaties/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer%5B2%5D/hetscheidenvandemarkt.pdf Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p64) | rijksoverheid.nl]</ref> Uit onderzoek blijkt ook dat de reistijd per OV overschat wordt, met name door niet-gebruikers. Desondanks blijft het verschil in reistijd op alle verplaatsingen korter dan 50 kilometer meer dan een factor 2. Bij verplaatsingen met het openbaar vervoer tussen 5 en 25 kilometer is het aandeel rijtijd op de totale reistijd slechts 30%. 45% van de reistijd betreft voor- en natransport, 19% is wachttijd en 6% overstaptijd.<ref>[http://www.rijksoverheid.nl/bestanden/documenten-en-publicaties/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer%5B2%5D/hetscheidenvandemarkt.pdf Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p62) | rijksoverheid.nl]</ref> Daarnaast zijn er nog nauwelijks grote vervoersrelaties die niet door het openbaar vervoer al intensief bediend worden, waardoor het potentieel van openbaar vervoer in Nederland al vrijwel volledig benut is. Dit geldt ook voor verplaatsingen per fiets. Wegens de reeds uitstekende infrastructuur voor fietsers in Nederland is er weinig potentie om het aandeel nog verder te laten stijgen. Wel stijgt het totaal aantal reizigerskilometers per fiets, maar het aandeel woon-werkverkeer per auto neemt nauwelijks af, ook als overal in een gebied vrijliggende fietspaden zouden zijn.<ref>[http://www.rijksoverheid.nl/bestanden/documenten-en-publicaties/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer%5B2%5D/hetscheidenvandemarkt.pdf Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p45) | rijksoverheid.nl]</ref>
Tevens blijkt dat parkeertarieven, parkeerruimte en zoektijd voor parkeerruimte een groter effect heeft op de modal shift van auto naar OV, dan het verbeteren van de reistijden van het OV zelf. Dit komt omdat het aandeel rijtijd met het OV op de totale tijd die de verplaatsing in beslag neemt relatief beperkt is.<ref>[https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p64) | rijksoverheid.nl]</ref> Uit onderzoek blijkt ook dat de reistijd per OV overschat wordt, met name door niet-gebruikers. Desondanks blijft het verschil in reistijd op alle verplaatsingen korter dan 50 kilometer meer dan een factor 2. Bij verplaatsingen met het openbaar vervoer tussen 5 en 25 kilometer is het aandeel rijtijd op de totale reistijd slechts 30%. 45% van de reistijd betreft voor- en natransport, 19% is wachttijd en 6% overstaptijd.<ref>[https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p62) | rijksoverheid.nl]</ref> Daarnaast zijn er nog nauwelijks grote vervoersrelaties die niet door het openbaar vervoer al intensief bediend worden, waardoor het potentieel van openbaar vervoer in Nederland al vrijwel volledig benut is. Dit geldt ook voor verplaatsingen per fiets. Wegens de reeds uitstekende infrastructuur voor fietsers in Nederland is er weinig potentie om het aandeel nog verder te laten stijgen. Wel stijgt het totaal aantal reizigerskilometers per fiets, maar het aandeel woon-werkverkeer per auto neemt nauwelijks af, ook als overal in een gebied vrijliggende fietspaden zouden zijn.<ref>[https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2009/03/27/het-scheiden-van-de-markt-vraagontwikkelingen-in-het-personen-en-goederenvervoer Het scheiden van de markt. Vraagontwikkelingen in het personen- en goederenvervoer (p45) | rijksoverheid.nl]</ref>


==Zie ook==
==Zie ook==
252.481

bewerkingen

Navigatiemenu